Waterstaat: Uitwaterende Sluizen - Noblesse Oblige
Landbouw en waterstaat zaten Pieter van Foreest als het ware in de genen. Zijn vader Cornelis was Kamerlid
met landbouwzaken als specialiteit en in de jaren 1869-1875 dijkgraaf van de Hondsbossche. Bovendien
was vader op z'n zestiende al penningmeester van de Zijpe en Hazepolder geworden, toen hij zijn plotseling
overleden vader Dirk als zodanig opvolgde. Weliswaar alleen in naam, want Cornelis zat nog op school en
ging vervolgens rechten studeren in Leiden, maai- toch. Pieters overgrootvader, weer een Cornelis (1756-
1825), was trouwens ook al penningmeester van die Zijpe en Hazepolder.1 Voorts had de familie Van Foreest
een vaste zetel in het college van hoofdingelanden van het Hoogheemraadschap van de Uitwaterende
Sluizen in Kennemerland en West-Friesland (US). In dat college waren namelijk in de 16e eeuw twee zetels
gereserveerd voor de erven van de grootgrondbezitters Claes Corf en Andries Willemsz. van Sonnevelt
genaamd Van Oudtshoom. Deze laatste zetel kwam aan het begin van de 17e eeuw in handen van de familie
Van Foreest.2 Na de plotselinge dood van zijn vader in 1875 nam Pieter die post over. De erfelijke zetels in
het bestuur van US werden in 1881, na de herziening van het reglement van bestuur, afgeschaft. Maai* Pieter
werd prompt gekozen tot hoofdingeland van het IF kiesdistrict van US, dat onder meer de achter Nijenburg
gelegen Oosterzijpolder omvatte. Pieter van Foreest was overigens sinds 1875 dijkgraaf van die polder. Op
24 mei 1882 volgde zijn benoeming tot hoogheemraad van US. Bij dezelfde gelegenheid werd Ahazueres
Philippus Burger (1830-1896) tot penningmeester van US gekozen. Die was toen reeds acht jaar secretaris-
penningmeester van het Hoogheemraadschap van de Hondsbossche.3
Hoogheemraad en dijkgraaf
In 1882 ging Pieter van Foreest dus deel uitmaken van het
Dagelijks Bestuur (DB) van US. Dijkgraaf was toen Archibald
Maclaine Pont, burgemeester van Alkmaar. De andere
hoogheemraden waren:
- mr. D.F. van Leeuwen, een achterachterneef van Pieter,
officier van justitie te Alkmaar en dijkgraaf van de
Hondsbossche;
- mr. H J. Smit, koopman en oliefabrikant, burgemeester
van Zaandam, voorzitter van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken aldaar en enige tijd lid van Provinciale Staten en
de Eerste en Tweede Kamer;
- S.C.S. Holland, secretaris van de Berger- en Egmondermeer,
penningmeester van de Heerhugowaard, hoogheemraad
van de Hondsbossche, gemeenteontvanger van Alkmaar en
burgemeester van de Egmonden, Bergen en Schermerhorn.
Zijn moeder, jkvr. Henrica Elizabeth van Vladeracken, was
geparenteerd aan de familie Van Foreest;
- C. Kroon Mz„ burgemeester van Oudkarspel, burgemeester
en secretaris van Noord-Scharwoude en dijkgraaf van het
Geestmerambacht;
- Mr. M.G.P. Del Court, heer van Krimpen, grootgrondbezitter,
subsituut officier van justitie te Alkmaar, rechter van de
arrondissementsrechtbank te Haarlem en heemraad van de
Haarlemmermeer.4
De nieuwe secretaris werd mr. F.F. Karseboom, substituut
officier van justitie te Alkmaar en daarvoor adjunct-commies
der eerste klasse ter Provinciale Griffie. Karsseboom overleed
in 1895, zijn opvolger werd mr. M.E.J.J. van Lidth de Jeude.
Penningmeester Burger stierf een jaar later en werd opgevolgd
door W. Teengs, die hetzelfde jaar secretaris-penningmeester van
de Hondsbossche werd.5
Op 27 juni 1899 overleed dijkgraaf Archibald Maclaine Pont
op 76-jarige leeftijd. Hij had bijna 25 jaar aan het hoofd van
US gestaan. Pieter van Foreest ging het ambt waarnemen en de
hoofdingelanden plaatsten hem als eerste op de voordracht voor
de nieuwe dijkgraaf. Koningin Wilhelmina, sinds een jaar op de
troon, benoemde hem bij KB van 9 december 1899. Van Foreest
aanvaardde het ambt op 1 januari 1900.6
Pieter van Foreest paste gezien zijn afkomst, opleiding
en loopbaan perfect in het redelijk elitaire bestuur van US.
De bestuursposten in de circa 10 grote waterschappen die het
Noorderkwartier destijds telde - waaronder US - waren rond
1900 nog steeds overwegend in handen van de maatschappelijke
elite. Het was een eer om dergelijke functies te bekleden en
men was er trots op. Van de 18 collega's van Pieter van Foreest
die tussen 1880 en 1918 in het DB van US zaten, waren er 11
op enig moment burgemeester of wethouder van een grotere
gemeente en dijkgraaf of (hoog)heemraad van een groot
waterschap als de Hoogheemraadschappen van de Hondsbossche
en Waterland, één hoogheemraad was lid van de rechterlijke
31
Archibald Maclaine Pont, van 1875 tot zijn dood in 1899 dijkgraaf van US.
Hij was voorts burgemeester van Alkmaar en lid van Provinciale Staten.
Regionaal Archief Alkmaar.