Afkomst, buitenplaats en persoonlijk leven
Pieter van Foreest stamt uit een geslacht van oude Hollandse adel, dat tegen 1400 plaatsen verwierf in het
bestuur van de steden Delft, Haarlem en Alkmaar. In het Noorderkwartier van Holland vervulden telgen uit
het geslacht publieke en semi-publieke taken tot het allerhoogste niveau. Zo was van 1584 tot 1717 het ambt
van secretaris van het dagelijks bestuur van de Staten van Holland in de regio ten noorden van het IJ, de
Gecommitteerde Raden in Hoorn, van vader op oudste zoon in handen van een Van Foreest.1
Jhr.mr. Nanning van Foreest (1682-1745) was nummer zeven in de 'toptien van rijkste Nederlanders uit
het verleden'.2 Hij bezat, omgerekend naai- de huidige waarde, bijna 10,5 miljoen euro. Deze Nanning was
bewindhebber van de Verenigde Oost-Indische en West-Indische Compagnie, burgemeester van Hoorn en
bovendien een succesvol speculant.
In 1742 verwierf de familie Van Foreest de heerlijkheden van Petten en Nolmerban en van Schoorl en
Camp, waai* in 1833 Groet werd bijgekocht. De heerlijkheid Petten en Nolmerban ging in 1829 in andere
handen over, maai* die van Schoorl, Camp en Groet behoort nog steeds aan de familie. Na de definitieve
afschaffing van de heerlijke rechten in 1848 stelde het bezit van de heerlijkheid van Schoorl, Camp en Groet
weliswaar niets meer voor, maai* in Schoorl werd ambachtsheer Pieter van Foreest bijzonder gewaardeerd en
de inwoners kozen hem in diverse functies.3
Het geslacht Van Foreest en Nijenburg
Landhuis in Heiloo
In 1742 erfde Pieters voorvader Cornells ook het statige, door
een park en vijvers omgeven, landhuis Nijenburg in Heiloo.
Het was tot dan toe in handen van het verwante geslacht Van
Egmond van de Nijenburg geweest. Het huis stamde uit kort na
1600 en werd door de familie Van Foreest flink uitgebreid tot
een landgoed van zo'n 200 hectaren, met bossen en een tuin die
gedeeltelijk werd gemodelleerd naar de Engelse landschapsstijl.
Bij de vererving in 1742 was uitdrukkelijk bepaald dat het nooit
verkocht mocht worden en binnen de familie Van Foreest moest
blijven. De oudste zoon erfde vervolgens steeds Nijenburg en
werd geacht alle moeite te doen om het onverdeeld binnen de
familie te houden.4
Toen jhr. mr. Dirk van Foreest (1792-1833), de grootvader
van Pieter, voortijdig overleed, kwam de familie financieel in
zorgelijke omstandigheden. Maar Cornells, de oudste zoon
van Dirk en vader van Pieter, raakte in 1839 weer in goede
doen door in het huwelijk te treden met zijn nicht Elisabeth
Foopuijt (1816-1877). Dat was niet het meisje waarmee men
hem zo vaak zag. Maar ze was wel de dochter van de schatrijke
bankier, jeneverstoker en lid van de Eerste Kamer mr. Pieter
9
De achterzijde van Nijenburg, 1787. Gewassen tekening door H. Tavernier. Regionaal Archief Alkmaar.
