De Langestraat in Alkmaar gezien naar de Grote Kerk. Het zevende pand van rechts is het huis De Dieu. Aan de overzijde van de straat is links nog net de schildwacht voor het Alkmaarse stadhuis zichtbaar. Pen en penseel, J.A. Crescent, 1811. ari 1806 volgde verder zijn aanstelling tot hoogheemraad van de Hondsbossche nadat ook hier het reglement van bestuur was herzien. De dijkgraaf van het Hoogheemraad schap van de Hondsbossche, de vooraanstaande patriot J. Nuhout van der Veen, feliciteerde zijn politieke tegenpool op 4 maart 1806 met zijn benoeming. Daarbij sprak hij meteen de hoop uit dat de bestuursleden in goede harmo nie zouden samenwerken waartoe hij van zijn kant alles zou doen wat in zijn mogelijkheden lag.9 Zoals gezegd werd Fontein Verschuir een halfjaar later, in augustus 1806, aangesteld als rentmeester-secretaris van het hoogheemraadschap. Onder zijn leiding slaagde men er in de financiën van de Hondsbossche -die door de fraudu leuze handelingen van Van Vladeracken in complete chaos verkeerden- weer op orde te brengen. In 1815 kon dijkgraaf Nuhout van der Veen eindelijk melden dat de rekening een batig saldo vertoonde. Na de dood van Nuhout in april 1833 plaatsten de hoofdingelanden Gijsbert bovenaan de voor dracht waaruit de Koning de nieuwe dijkgraaf aanwees. Fontein Verschuir verklaarde van zijn kant geen financiële DIJKSTEEN - BRUSSELSE MODE - VUILNIS 5 HHN 50 GEMENEDIJK 221259.indd 5 02-12-2005 11:42:49

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2005 | | pagina 5