van de uyterste huijse..".Tenslotte zat er niets anders op dan afbraak van ook die huizen en herbouw in de Hazepolder. Hetzelfde lot trof het gemenelandshuis van de Hondsbossche. Het bestuur zag tijdig in dat terugtrekken op een nieuwe stel ling geboden was. In 1624 besloot het tot de aanleg van een nieuwe Wakerdijk op ongeveer 100 roeden (ca. 340 m.) ach ter de bedreigde en uit de kust naar voren springende oude Zeewering. Deze liet men verder voor wat hij was en de zee De gevelsteen aangebracht in het nieuwe gemenelandshuis. Boven het in de tekst besproken jaartalvers is te lezen: "Anno 1628. Ons Godt stilt de See diet gemenlant hier en elders mee met gewelt aenrant". De steen bevindt zich nu in een muur van het dienstgebouw van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier te Petten. vernielde hem al spoedig. Het oude gemenelandshuis werd in 1627 omver gespoeld. Het jaar daarop liet men een ander huis bouwen te Nieuw Petten in de Hazepolder.24 Van deze verhuizing getuigt de bewaard gebleven gevelsteen met daarop een chronogram of jaartalvers: ALs IVLII Vier VersCheen Verh VYsdet geMIenLandsh VYs door oCeaangeWeLt Vant VVeLk den eersten steen geLeYt heeft en geVesdt de dYkgraef Sonne Velt.25 Om op het stichtingsjaar 1628 uit te komen moeten de als Romeinse cijfers gespelde kapitalen bij elkaar worden opgeteld. Uit de besluiten van het bestuur van het hoogheem raadschap blijkt dat er voortdurend aan het gemenelandshuis werd gewerkt. Er viel altijd wel iets te repareren, te (ver) bouwen, of te vervangen. De kastelein moest daar natuurlijk op toezien, maar mocht niets laten doen zonder toestemming vooraf van de hoofdingelanden, uitgezonderd stormschade aan het dak en de ramen. In 1686 kreeg Bluzé permissie de keuken te laten aanpassen, het "Nieuwe Zaaltje" in de verf te zetten en 18 stoelen te laten maken. Een paar jaar later mocht hij voor de kamer van de dijkgraaf nog eens tien nieuwe "spaanse" stoelen aanschaffen, twee met en acht zonder armleuning.26 In mei 1690 constateerde het bestuur dat het rijtuig van de Hondsbossche, de gemenelands koetswagen"niet langer ...sonder groot gevaar en perlcul..." gebruikt kon worden.Volgens de wagen- en zadelmaker ging reparatie veel geld kosten. Dus liet men in Utrecht een nieuwe koets maken, waarvoor de kastelein plaatsing van een wagenhuis moest regelen. Bluzé nam in de herfst van 1693 voor een zacht prijsje het oude rijtuig over op voorwaarde dat de heren als dat zo uitkwam er nog gebruik van konden maken.27 Nadat in 1678 al eens drie koeienstallen waren omge bouwd tot zes paardenstallen, werd 12 jaar later besloten in de achterstal ruimte te maken voor nog eens vier paarden. In 1695 werden voorhuis, achterkamer en bovenverdieping aan gepast "...soo in slaapplaatsen, kamertjes, secreet als anders..."Bovendien liet men hek en poort aan noord- en zuidkant vernieuwen en werd achter op de plaats tegenover de pomp een nieuw huisje voor de kastelein neergezet. In 1709 tenslotte kreeg het gemenelandshuis een paar nieuwe kamers, werd de kaaskamer gerepareerd en vergroot en kreeg de boet een nieuwe deur.28 Kastelein Bluzé was niet alleen verantwoordelijk voor het onderhoud en de schoonmaak van het gemenelandshuis, maar ook van het erf. Zo moest hij het riet verwijderen uitde Graft of Vijver vant Hontsbosch" en er op toezien dat dit water niet vervuilde. Daarnaast was de verzorging van bestuursleden met bedienden en gasten tijdens de vergaderingen en bijeenkom sten een belangrijke taak. De van heinde en verre komende bezoekers bleven overnachten. Zonder hulp van zijn knecht en de inzet van vrouw en kinderen zal een en ander zeker niet zijn gelukt.29 Toezicht houden op de Zeewering en de arbeiders die er aan werkten, was een andere belangrijke taak van de kastelein. Bovendien moest hij ...de duynen met ploegen ontbloot... houden om binnen te laten stuljven'Dat stuivende zand werd op de juiste plekken weer opgevangen met rietschermen. Bluzé moest samen met de bode het inge kochte riet het erf op rijden en opstapelen in de schuur, de uitgifte ervan in de gaten houden en het met hulp van de bode naar het strand rijden ...onder de proffljten die de Castel(ein) daar van tot nochtoe van(de) aannemers geno ten heeft"Verder had hij, ook weer samen met de bode, te zorgen voor het onderhoud van de weg van het gemene landshuis naar het duin.30 Uiteraard was er veel schrijfwerk, zoals het noteren en kopiëren van de besluiten van het bestuur, het schrijven van convocaties en andere vergaderstukken, het vermenig vuldigen van de Hondsbossche rekening, het bijhouden van lijsten van toerbeurten et cetera. Blijkbaar werd hij bij die taak geholpen door een eigen klerk en zijn kinderen, want op 16 juni 1694 kreeg hij toestemming omeen kleljn kantoor te laten maken daar sljn kinderen en (de) klerk In kunnen schrijven .31 Op dat tijdstip had hij vijf kinderen, Engeltje (11 jaar),Alida (9 jaar),Margrietje (8 jaar),Abraham (5 jaar) en Cornelia (1 jaar). De eerste twee zullen toen al wel wat voor vader hebben kunnen doen.32 12 ABRAHAM BLUZÉ (1657-1720)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2003 | | pagina 12