Water in
Hollands Noorderkwartier
nu en in de toekomst
Het is hiervóór al gezegd: het gaat om veel meer dan alleen de
strijd tegen het water. De moderne tijd vraagt om 'watersyste
men'; kwantiteitsbeheer, kwaliteitsbeheer, milieubeheer, recrea
tie, drinkwatervoorziening, kortom, alles wat met water te
maken heeft moet op elkaar afgestemd zijn. Dat houdt in dat
alle lichamen die zich op een of andere manier met water bezig
houden op één lijn moeten zitten. De filosofie van zo'n
systeembenadering geeft een belangrijke impuls aan het samen
gaan van de resterende drieënvijftig waterschappen in ons
land: watersystemen moeten integraal beheerd worden. Vanuit
deze gedachtegang is het dus noodzakelijk dat de water-
schapstaken bij all-in waterschappen berusten, aldus luidt de
conclusie van het rapport 'Water Centraal'. Een ingrijpend
actieplan is daarvoor landelijk en regionaal in ontwikkeling,
aangeduid als 'Waterbeheer 21' eeuw', afgekort 'WB 21'.
Hiervoor is samenwerking tussen alle betrokken partijen
waterschappen, provinciale en gemeentelijke overheden,
Rijkswaterstaat alsmede waterleidingbedrijven - nodig. Alleen
op die manier kunnen er oplossingen gevonden worden voor
problemen als waterberging, drinkwatervoorziening, riolering
en waterzuivering. Een geografische eenheid van een behoor
lijke omvang is voor een dergelijke 'waterketen' een onmisbare
voorwaarde. Het moderne beleid in Nederland denkt dan ook
in Europese perspectieven en spreekt van 'stroomgebieden'
van rivieren, delta's en dergelijke, waarmee de inrichting van
waterschappen moet corresponderen.
In april 2002 kwam het Programmabureau WB 21 hl oorderkwartier met een
boekje waarin wordt ingegaan op vragen als1Vat staat ons te wachtenWat
gebeurt er als we mets doeni Kan alles nog wel overall
De vriendenkring en de fusies
Niet alleen de Noord-Hollandse waterschapswereld,
ook de Vriendenkring begint op 1 januari 2003 een
nieuwe fase in haar bestaan. De oprichting van de
kring, nu alweer eenentwintig jaar geleden, was een suc
cesvol gebleken initiatief van het toenmalig
Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier.
Kennis van de landschaps- en waterstaatsgeschiedenis
is namelijk een onmisbaar element voor een welover
wogen waterstaatsbeleid. Dat was de overtuiging van
Guus Ris, Henk Schoorl en Johan Schilstra, de initia
tiefnemers. Toen in 1993 'Alkmaar' en 'Edam' fuseer
den tot het hoogheemraadschap-met-de-lange-naam
heeft de Vriendenkring haar activiteiten op een verbre
de basis voortgezet. Onder dezelfde naam. Dat had zijn
reden. 'Hondsbossche Zeewering': zo'n naam is meer
dan alleen een ambtelijke aanduiding voor de dijk tus
sen Camperduin en Petten. De Hondsbossche is een
symbool van de permanente aandacht van de Noord-
Hollander voor het leefbaar houden van zijn geliefde
land. Daarom zal de naam van de dijk - ook na de fusie -
worden aangehouden. De Vrienden van de
Hondsbossche gaan als unieke kring voor de Noord-
Hollandse waterstaatsgeschiedenis gekoppeld aan het
enige waterschap boven het Noordzeekanaal door.
'Stroomgebied' Hollands Noorderkwartier
Historisch gezien is het begrip 'stroomgebied' in Nederland
geen nieuwe gedachte. Hing de oprichting van Rijkswaterstaat
200 jaar geleden niet samen met de noodzaak om de Rijn te
beteugelen, een rivier die zich aan politieke grenzen nu een
maal weinig gelegen laat liggen? Was ook de achtergrond van
Napoleons Dijkwet van 1810 niet veelomvattend en grens
overschrijdend: het creëren van dijkringen in Nederland om de
gevolgen van calamiteiten in de hand te houden en de onkos
ten te spreiden? Ook het Land Boven het IJ is in een derge
lijke categorie 'stroomgebieden' ondergebracht, al klopt dit
beeld niet in de letterlijke zin van het woord. Van het stroom
gebied van een rivier is in onze regio nu eenmaal geen sprake.
Water-staatkundig vormt het Noorderkwartier binnen de grote
dijken- en duinenring echter een eenheid. Schreef mr. Gerrit
de Vries Azn. in zijn gezaghebbende studie Het Dijks- en
Molenbestuur in Hollands Noorderkwartier uit 1876 al niet:
"Voor het dijk- en polderwegen vormt het Noorderkwartier een afgerond
geheel. Immers, terwijl gijne deelen door gemeenschap van verscheidene
belangen onderling verbonden spjn, hebben vpj met andere deelen van het
Vaderland op waterstaatsgebied geen punten van aanraking".
De fusie, zo is de overtuiging van de verschillende participan
ten, is feitelijk de kroon op de concentraties van de jaren
zeventig, tachtig en negentig. Dat is mogelijk ook de reden
waarom de weerstand tegen deze fusie marginaal is. Het in één
hand brengen van een veel groter gebied maakt het vinden van
brede oplossingen gemakkelijker. Als in één centraal punt - de
78