In riëring van personeel en lasten. De polder Geestmerambacht had de massale herverkaveling grotendeels achter de rug, was geheel gemoderniseerd en zat daardoor op hoge kosten. De 'achtergebleven' polders hadden weinig geïnvesteerd en werk ten derhalve goedkoop. De lonen van de werknemers - in de ene polder geschoolde professionals, in de andere ging het om bijbaantjes naast de eigenlijke werkkring - vertoonde eveneens grote verschillen. De discussie vergde de nodige tijd in de regio. Op 25 okto ber 1976 formuleerden Provinciale Staten zoals eerder vermeld hun standpunt in de derde concentratienota. De waterschap pen van westelijk West-Friesland gaven daartegen hun ziens wijze: samenvoeging tot een waterschap van circa 20.000 hec tare, bestaande uit de Ambachten Geestmerambacht, de Schager- en Niedorperkoggen en de Polder Heerhugowaard. Om dit doel te bereiken werd op 22 april 1977 in het dorps huis van Nieuwe-Niedorp een studiecommissie van vijf dijk graven onder leiding van Van Dis ingesteld, die uiteindelijk de voorkeur gaf aan twee afzonderlijke fusiewaterschappen. Na overleg konden ook de noordelijke waterschappen zich met de plannen van de studiecommissie verenigen en werd op 29 november 1977 haar eindrapport annex een begroting aan GS aangeboden. In de uiteindelijke besluitvorming zagen GS af van de eerder uitgesproken voorkeur en wel mede op aandrin gen van gedeputeerde Jaap IJ ff, 'secundus' in waterschapsza ken naast Van Dis. Hij wilde onnodige polarisatie vermijden. De statenleden accepteerden het voorstel in de voorjaarszitting van 1979. De geestverwanten van Van Dis in de Staten, de leden van de CDA-fractie, hadden er de meeste moeite mee. Op een speciale bijeenkomst van statenleden en waterschap pers van CDA-signatuur werden ze onder leiding van een onafhankelijke voorzitter over de streep getrokken. De verga dering had plaats op 10 april 1979 in het Regio-centrum te Schagen. Voorzitter was de latere dijkgraaf N.P. Borst. Groot-Geestmerambacht Op 10 september 1979 besloten Provinciale Staten zonder dis cussie van betekenis tot de oprichting van Waterschap Groot- Geestmerambacht. Er was wel bij GS enige twijfel of de ingangsdatum van 1 januari 1981 gehaald kon worden. Daarom kwam het college met het voorstel het ontwerp-regle- ment zodanig te wijzigen dat zij die ingangsdatum op een nader te bepalen en in het Provinciaal Blad bekend te maken moment mochten stellen. Statenlid W. Schermerhorn (PvdA) voelde hier echter niets voor. "De bestuurders en de ambtenaren. moeten we op dit punt een houvast - een zekerheid - biedenstelde hij. De rest van de leden was het hiermee eens. Zo werd Waterschap Groot-Geestmerambacht toch op 1 januari 1981 een feit. Het ging om een fusie van zeventien waterschappen op het oude land en droogmakerijen, die op hun beurt weer het resultaat waren van eerdere concentraties waarbij drieën dertig kleinere waterschappen waren betrokken. Groot- Geestmerambacht kreeg het waterstaatkundige beheer over tezamen 21.000 hectare. De grens met het oostelijker gelegen Waterschap Westfriesland werd bepaald door de Langereis en de Berkmeerdijk langs de oostzijde van de Heerhugowaard. I ,angs de Schermer gaven ook waterstaatkundig grenzen de doorslag. Het dorpje Gterleek viel onder de gemeente Schermer, maar waterstaatkundig was het onlosmakelijk met de Heerhugowaard verbonden. Het kwam daarom bij Groot- Het kantoor van Waterschap Groot-Geestmerambacht in Warmenhuizen. Opname uit 1985. Geestmerambacht en niet bij Het Lange Rond. De wegentaak werd overgedragen aan de respectievelijke gemeenten. In het nieuwe bestuur nam de grote vergaderaar Berkhouwer, inmiddels 65 jaar geworden, zitting als waarne mend dijkgraaf en later heemraad. Zijn verdienste is het geweest de 'verevening' van de onderscheiden waterschaps lasten door diplomatiek overleg tot een goed einde te hebben gebracht. Zo werden de verschillen in de loop der jaren glad gestreken en kwamen de fusiepartners tot een uniforme omslag. Uiteindelijk tot volle tevredenheid. Gf, zoals een dijk graaf van zo'n kleine, 'goedkope' polder later getuigde: "We hadden wel de laagste lasten, maar naderhand is er meer gebeurd" Berkhouwers taak als waarnemend dijkgraaf werd na enige tijd overgenomen door de eerste echte dijkgraaf, ing. N.P. Borst, tot dan voorlichtingsambtenaar bij het ministerie van landbouw en wethouder van Schagen. Zetel van het water schap werden twee panden in Warmenhuizen: de voormalige dokterswoning (uit 1889) en het voormalige gemeentehuis (uit 1872), Per 1 juni 1999 werd in het bedrijvenpark van Heerhugowaard een zo goed als nieuw pand betrokken, ont worpen door Tauber-architecten uit Oudkarspel. Het bouw werk wordt gekenmerkt door de zogenaamde organische archi tectuur, dat wil zeggen door natuurlijke vormen, waarin de mens als gebruiker van het gebouw centraal staat. Ten afscheid Het bestuur van de Heerhugowaard was niet van plan de tijd tot het naderende einde geluidloos uit te dienen. In 1977 wer den de eerste voorbereidingen getroffen voor de viering van het 350-jarig bestaan in 1979. Johan Schilstra kreeg de opdracht een jubileumboek samen te stellen. Het boek, getiteld De Heerhugowaard. De geschiedenis van de Huygenwaert, werd gepre senteerd op 13 november 1981. De financiële afwikkeling leverde nogal wat problemen op doordat Waterschap Groot- Geestmerambacht een groot gat moest dichten dat door de gemeente Heerhugowaard was achtergelaten. Of stak hier de oude rivaliteit tussen "die van het Geestmerambacht en die van de 57

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2002 | | pagina 58