In het stijlvolle gemeenlandshuis van Drechterland aan de
Grote Oost 4 en 6 in Hoorn startte het nieuwbakken water
schap zijn werkzaamheden. Als afscheid van het verleden
organiseerden (waarnemend) dijkgraven, heemraden en hoofd
ingelanden van de opgeheven waterschappen een feestelijke
maaltijd in december 1972 tezamen met de dames. Het water
schap kreeg in 1999 een nieuwe huisvesting in een gloednieuw
kantoor pal achter de Westfriese Omringdijk aan de
Willemsweg te Hoorn, ontworpen door de Noord-Hollandse
architect Jan Rietvink. Zijn inspiratie vond hij "in de beeldende
elementen van wegen, dijken, sluipen en gemalen en hun boeiende lijnen
spel in het West-Friese landschap". Mr. Pieter van Vollenhoven
verrichtte op 23 april 1999 de opening.
W.J. Resoort, de eerste
dijkgraaf van Waterschap
Westfriesland bij f/n
afscheid eind 1986.
Een lastig grensprobleem
Toen op 18 januari 1973 het waterschapsbestuur werd geïn
stalleerd, sprak waarnemend dijkgraaf Breebaart over een
mogelijke toevoeging van vier polders die eveneens oostelijk
van de Langereis en de Heerhugowaard lagen, in het grensge
bied dus met westelijk West-Friesland. Dat waren de polders
Hensbroek, Obdam, Ursem en de droogmakerij Wogmeer, in
de wandelgangen doorgaans als de 'HOUW-polders' betiteld.
Daarop informeerde de provincie bij de betrokken besturen
hoe die daar tegenover stonden. Het antwoord kwam al spoe
dig. Op 26 april vergaderden op initiatief van het polderbe
stuur van de Wogmeer onder leiding van Piet Roele de vier
polderbesturen gezamenlijk. Resultaat: niemand voelde er
voor. Men wilde zijn zelfstandigheid bewaren en zich zo lang
mogelijk blijven verzetten, hoe de provincie er ook over
mocht denken.
Een verklaring voor deze reactie is gauw gevonden. Juist
vanwege hun grensligging waren ze erg op hun zelfstandigheid
gesteld. Obdam en Hensbroek behoorden jarenlang tot De
Vier Noorder Koggen, maar aangezien ze hier maar weinig
invloed konden uitoefenen vanwege hun geringe aandeel in de
kosten van de zeedijk, gingen ze in 1864 over naar Geest-
merambacht waar ze normaal in het bestuur van het ambacht
waren vertegenwoordigd. Ursem behoorde al sinds 1650 tot
Geestmerambacht en werd voor de Hondsbossche gerekend
tot de kavel Waterland, terwijl de Wogmeer, in 1608 droogge
maakt, was gelegen in de gemeenten Obdam en Hensbroek.
Slechts de Berkhoutse oever van de Wogmeer viel tot aan de
Franse tijd onder het rechtsgebied van Hoorn.
Inderdaad slaagden de HOUW-polders er enige tijd in om bui
ten de concentratie te blijven, al zette Van Dis ze onder zware
druk. Zo riep hij de bestuurders keer op keer vanuit West-
Friesland op voor vergaderingen te Haarlem, die dan slechts
enkele minuten duurden. Ze wisten het tot eind 1975 te rek
ken, hoewel in de loop van 1974 al duidelijk was geworden,
dat een verder zelfstandig voortbestaan onmogelijk was. "Dan
maar bij Westfriesland", was de reactie. Provinciale Staten teken
den op 24 november 1975 het 'doodvonnis'. De Alkmaarsche
Courant gaf er de dag daarop het volgende smeuïge verslag van:
"Alleen het Boerenpartij-Statenlid G.C. de Wit uit Hoogkarspel wenste
dit 'doodvonnis' niet mede te ondertekenen. Via allerlei omwegen - van
een waarschuwing voor 'socialistische dictatuur' tot en met de troubles in
Chili, Portugal, Angola en '/.uid-Afrika - kwam hij in een met veel
gevoel voor dramatiek voorgedragen opstel tot de slotsom, dat hij niet kon
meewerken aan de%e aantasting van de vrijheid van de mens en haar
instellingen. Hij kreeg detje volzin met enige moeite over sjjn lippen en het
ontbrak er nog net aan dat hij vervolgens een zakdoek te voorschijn haal
de om een traan weg te pinken.Vertegenwoordigers van het
Waterschap Westfriesland en van de vier betrokken polders, die
bekrachtiging van de overlijdensakte van depe vier waterschappen op de
publieke tribune bijwoonden, verlieten vervolgens eensgezind het provincie
huis. Het spel was gespeeld. Samen verder. En %o hoort het ook in een
parlementaire democratie".
De opname van de HOUW-polders kreeg op 1 januari 1976
zijn beslag en daarmee had het Waterschap Westfriesland zijn
definitieve vorm bereikt.
Het allerlaatste bestuur van de polder Wogmeer, een van de vier 'HOUW-pol
ders'. I jnks vooraan heemraad P.N. Roele Cm.
44