De uaarroutes door Noord-Holland naar de Hondsbossche Zeewering. Voor de opening van de Hondsbossche Sluis te Zaandam moesten de steenschuiten ouer de Zuiderzee naar het zeegat in Edam of de sluis in Monnickendam paren om de binnenwateren van het Noorderkwartier in te kunnen. Men begon echter in 1531 met de kanalisatie van de Rekere, een oude zeearm van Alkmaar naar de Zijpe. Hierdoor ont stond de Pettemer- of Hondsbossche vaart. Het jaar daarop werd een nieuwe sloot gegraven tussen Petten en de Zeewering. Vervolgens was de poort tussen Zaan en IJ aan de beurt. Op initiatief van het Hof van Holland -dit had tot 1555 de supervisie over de Zeewering- vond op 5 juni 1533 te Petten overleg plaats tussen het dijkscollege van de Hondsbossche en gedeputeerden van een aantal dorpen in de buurt van de Hogedam "...om te hebben eengroote Sluijse inden dijck uan Saenerdam binnen den Scou uan Oestzaenen...". De week daarop vertrok Jan van Schagen, rentmeester van de Hondsbossche, naar Den Haag. Waarschijnlijk om verslag uit te brengen, maar in ieder geval om het Hof te verzoeken een commissaris naar de sluis te zenden voor een inspectie in loco, aangezien "...die regierders uan Alcmaer noch niet ouergesonden en hadden eenig bescheijt uan die diepte uande uaert tusschen Saenderdam ende Alcmaer...". Die informatie was van wezenlijk belang. Als de route ongeschikt was voor grotere binnenschepen had de bouw van een grote en kostbare sluis immers geen zin. Blijkbaar viel het mee, want Van Schagen reisde op 17 juli 1533 met twee commissarissen van het Hof naar Zaandam om "...inspectie oculair te nemen tuaer men aldaer bequaemst soude mogen leggen eengroote sluijse uan omtrent xuiij uoeten [ca. 5,5 m.] luydt..."." Hierna bleef het evenwel jarenlang stil rond de bouwplannen. Dat was ongetwijfeld het gevolg van de weer opgelaaide oor log met Gelre. Nadat dit gewest op 7 september 1543 eindelijk door Karei V was onderworpen, werden ze weer opgediept. Het Hof stuurde opnieuw twee commissarissen naar Zaandam die met de betrokkenen een akkoord moesten zien te sluiten over de bouw van een nieuwe sluis. Toen bleek ook dat het niet of niet meer ging om vervanging van het Wormersluisje van Oostzaan, maar om het Westzaner sluisje, dat "...caduijck ende uan ouderdom uergaen..." was.'5 In 1506 uierd besloten tot actieue strandverdediging uan de Hondsbossche Zeewering door middel uan uit hout en stenen opgebouwde hoofden. De aanuoer uan de benodigde materialen leidde tot het 1 eggen van de Hondsbossche Sluis. Uit. L. Guicciardini, Omnium Belgi Siue Inferioris Germaniae (1616). AI Kmaar Haar.em Amster dam

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 2001 | | pagina 5