uit de guarderobe van Den Berger met ons genomen te hebben, die de vriendelijke man
ons evenwel presenteerde om dat onze jassen in "de Zeven Provinciën" gebleeven
waren, klauterde wij op den Triomph Waagen met twee flukse paarden en één wakker
voerman voorzien. Hiet, hiet, was het sein voor de paarden om eens helder door te
draaven. Wij snelden over den weg die op veele plaatsen slegt en met gaaten was, de
weg neemende naar het dorp Hoorn.
Het hooge gedeelte van het eiland 't geen in een hellende gedaante ligt en met geen
slooten doorsneeden is, is door wallen in parken of baanen voor de schaapweyerij
afgedeeld. Ider schaap word in zijn park door de met een touw gekoppelde pooten
"Het hooge gedeelte van het eiland...is door tvallen in parken...voor de schaapiveyerij afgedeeld".
Gezicht van de Hooge Berg op Den Burg met links de toren van De Westen en rechts De Koog.
Pen- en penseeltekening door H. de Leth, ca. 1728.
tegen het overspringen deezer wallen gehouden, terwijl er daarenboven oppassers zijn
om de bekeuringen te doen wanneer er vreemde schaapen op iemands landen
koomen.
Een fraay gezicht leverde deeze situatie voor ons op, doch niet minder wierden wij ver
rast door eensklaps onze eigen situatie te beschouwen. Het zesjaarig schoone paard 't
geen de boer voor onze wagen gespannen en waarvan hij ons veel goeds en milds
verteld had, geluste het om het gezelschap eens te zien 't geen het de eer had te
trekken. Door het breeken van de beugel waar aan het zwelgelhout67 vastzit, kreegen
wij in plaats van het achterste, kop en ooren van dit beest voor ons. "Hou je maar alle
maal stil", zei de boer terwijl het paard al snoevde, en door deezen goeden raad te vol
gen redde zich alles zeer wel, zo dat toen het paard zijn oude positie gekreegen had,
wij langs den dijk en gedeeltelijk langs een slegte weg zeer spoedig in het dorp Den
Hoorn aankwaamen. Dit dorp 't geen met groote steenen68 ongelijk bestraat is, is vrij
groot en meest al door lootsen en zeelieden bewoond, bestaande voor het grootste
gedeelte uit twee reijen huisen. De stremming der navigatie verminderde de welvaart
deezer plaats aanmerkelijk, 't geen aan al het uiterlijke zeer wel op te merken was.6'Wij
reeden stapvoets op onzen rammelende wagen door het dorp en voorts door het duin
nabij de telegraaf0, welke op deezen hoek van het eiland, correspondeerende met de
telegraaf op Kijkduin bij Huisduinen, opgericht is. Wij zagen de telegraaf onder ver
schillende richtingen van onderscheidene teekens werken, 't geen men ons
informeerde dat was wegens een schip 't geen bij het Eierland gestrand was. Op het
hooge duin hadden wij aan den eenen kant een ruim gezicht over het eiland Texel en
aan de andere zijde over het zeegat, op Kijkduin en in de Noordzee. Na dit alles,
ofschoon het koud en guur weer was met genoegen bezichtigd en de wilde roosen7'
waar meede het duin hier als bezaayd was, bewonderd te hebben, zaten wij als vooren
wederom op en draafden zo geweldig over de ongelijke steenstraat van Den Hoorn
21
67. Hiermee wordt hoogstwaarschijnlijk de "zwing"
bedoeld, de houten trekknuppel die met een
bewegelijke beugel aan de kromme dissel vastzit. Aan
de zwing waren de strengen van het tuig bevestigd
waarmee het paard de wagen trok. Rondom
Amsterdam en mogelijk ook op Texel sprak men van
"zweng". Elders in het land werd de trekknuppel
"korthout" of "oosthout" genoemd (vriendelijke me
dedeling W.F. Renaud, Ned. Openluchtmuseum, 28-3-
1994; Koster, 1950, pp. 86-103).
68. Het betreft waarschijnlijk zwerfstenen, welke worden
aangetroffen in de tijdens de laatste ijstijd gevormde
keileemheuvel op Texel.
69. De havensteden en kustdorpen hadden na 1795 zwaar
te lijden van de Engelse blokkade. De Britse marine
was op zee oppermachtig. De reders probeerden wel
door hun schepen onder neutrale vlag te brengen nog
iets van de handel en scheepvaart gaande te houden.
70. Dit is telegraaf nr. 12 op het Loodsmansduin achter
Den Hoorn. Er waren nog twee andere telegrafen op
Texel, te weten nr. 10 op het duin van de Hoge Steng
(Eierland) en nr. 11 op de zeedijk achter De Koog
(Parlange, 1968, pp. 51,100-101).
71. De duinroos (Rosa Spinosissima L.) komt vooral voor
op kalkrijke duinen. De bloei begint doorgaans in mei
en eindigt in september. De bloemen zijn wit of roze
rood. De bottels zijn zeer rijk aan vitamine C en wor
den wel ingemaakt.