Het materiaal waarmee ze de vrijheid, hun vrijheid, wilden bereiken was ook niet goed genoeg. De bootjes waren te klein of lek, de brandstof voor hun buitenboordmotortje raakte op, de motor draaide kapot, zeilen scheurden, roeiriemen braken of sloegen overboord, hun zeemanschap was vaak ontoereikend. Wie waren die mensen die koste wat het kost Engeland wilden bereiken en daar hun leven voor in de waagschaal wilden stellen? Joodse landgenoten bijvoorbeeld, studenten die het gevaar liepen te worden opgepakt, of mensen uit het verzet die informatie over het bezette Nederland wilden doorspelen naar de geallieerden. Ook jonge officieren vertrokken vanaf de Hondsbossche. Zij werden via Radio Oranje opgeroepen uit dienst te treden en zich in Engeland te melden. Bovendien speelde de verplich ting de zogenoemde erewoordsverklaring te ondertekenen een rol. Ondertekening hiervan betekende dat officieren beloof den 'op geen enkele wijze tegen de belangen van het Duitse rijk te handelen'. Deze erewoordsverklaring moesten ze uiterlijk 14 juli 1940 onderschrijven, anders wachtte hen krijgsgevangenschap. Veel officieren weigerden dat en doken onder. Seedless Bij hun pogingen hebben de vissers Willem en Jaap Snip uit Schoorl na hun mislukte vlucht (waarover later wordt gesproken) tussen augustus en november 1941 zo'n zestien mensen geholpen. De gebroeders Snip werkten onder de naam Seedless samen met onder meer strandvoogd Simon Gutker, Fock Breed (eigenaar van de bodedienst van Alkmaar op Schoorl), Jo Kuipers (een vriend van de Snippen), Gert Minkema (Gert van Sjoert), D. Kuiper Dzn (dijkwerker), de dorpssmid Fons Leijsen en een pensionhoud ster, juffrouw Houten. Vrijwel alle afvaarten waaraan de groep Seedless medewerking verleende, startten vanaf de Hondsbossche zeewering ter hoogte van het wrak van de Prince George, het voormalige slagschip van de Britse marine dat daar in 1921 op de kust was gelopen. Het meest bekend van de hulpverleners werden echter dijkbaas Jan Cornelis Bellis en de zeilmaker Pieter Barends uit Den Helder. Springplank Vaak was de Hondsbossche Zeewering de stille getuige van deze tragedie. Ooit aangelegd om het zwakste deel van de Noordhollandse kust tegen het opdringende zeewater te verdedigen: nu springplank voor degenen die de sprong naar Albion, een tocht van ruim 200 kilometer, aandurfden. Zij kozen de Hondsbossche. Deze dijk van een dijk, in 1941 gemiddeld acht meter boven NAP, lag direct aan diep water. Voor de kust bevonden zich geen zandbanken en vanaf de landzijde was de dijk gemakkelijk te benaderen. Toch zouden er van de ruim 150 mannen die vanaf de Honds bossche en nabije omgeving de riskante overtocht waagden hooguit veertien in hun missie slagen. In totaal zijn ten minste 75 boten vanaf de Hollandse kust richting Engeland vertrok ken. Vele vluchters hebben het niet gehaald. DrSa,et m ,an C Bdlts'K te Petten in 1988 5

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 1995 | | pagina 5