HET LICHTSCHIP HAAKS De lichtschepen waren een noodzakelijke aanvulling op de vuurtorens aan de wal. Omstreeks 1900 lagen er vijf van deze schepen voor onze kust, namelijk van zuid naar noord, Noord- Hinder, SchouwenbankMaas, Haaks en TerschMingerbank. De Haaks was in 1890 uitgelegd. In 1904 kreeg ze ter vervanging van het oude draailicht, een elektrisch licht (kooldraadlampen), met elke tien seconden een schittering. Men beproefde de radiotelegrafie voor het eerst in 1909 op dit lichtschip. De Haaks werd in 1951 vervangen door het lichtschip Texelwelk schip sinds 1977 als eerste onbemand werd uitgelegd. Tegenwoordig worden lichtschepen niet meer gebruikt. De 'Prince George' met zware slagzij vast op hoofd 24 van de Hondsbossche Zeewering. Foto uit A.P. Schat, publication no. 6/e. is om zonder bunkeren naar Brake te stomen. Bovendien had men in geval van nood ook in de dichtstbijzijnde Nederlandse haven (Nieuwediep-Den Helder) kunnen bunkeren, hetgeen waarschijnlijk een aanzienlijke tijd- en kostenbesparing had betekend. STRANDING De weersvooruitzichten zijn inmiddels alarmerend: er wordt storm verwacht! Inderdaad wakkert de wind aan en de zee wordt hol. Grote brekers storten over het dek van het voor anker liggende schip. Als het anker begint te krabben en het schip aan lager wal dreigt te geraken, wordt de situatie kritiek. Door het opkomende storm weer is de Prince George inmiddels tot ongeveer drie mijl uit de kust tussen Petten en Camperduin gedreven. Een sleepboot van Wijsmuller uit IJmuiden, de Jacob van Heemskerk, die opgeroepen was om in IJmuiden het s.s. Dicido te assisteren, praait het in moeilijkheden verkerende schip en biedt assistentie aan, die evenwel wordt geweigerd. De Jacob van Heemskerk stoomt door naar IJmuiden, nadat men de gezagvoerder van de Prince George had gewaarschuwd voor de gevaarlijke situatie waarin hij zich met opkomend stormweer bevond. Aan het relaas over de stranding van Jouke Minkema ontlenen we dat, zogenaamd om proviand in te slaan, enkele runners en de kapitein, nadat de Nederlandse sleepboot vertrokken is, per sloep naar de nabij gelegen kust roeien. Deze loopt tegen twaalven op het strand van Camperduin. Kapitein Hayter stapt als eerste uit. De tientallen Campers, inmiddels verzameld rond de sloep, brengen de kapitein naar de boerderij van de familie Kroon, gelegen aan de voet van de Hondsbossche Zee wering, waar ook de kustwachtpost was gevestigd. Toevallig was hier een familielid te logeren, die de Engelse taal goed beheerste. Hayter maakt duidelijk dat hij wil telefoneren. Hij belt schijnbaar woedend naar Engeland en deelt de andere kant mee dat plotseling de slepers hebben af gehaakt en hij, omdat de proviand bijna op was, met enkele bemanningsleden roeiend naar de kant is gekomen om in een plaatselijke winkel inkopen te doen. Hiertoe spoedt hij zich naar Croet, koopt het een en ander en keert dan snel terug naar de sloep op het strand van Camperduin. Door het opkomende stormweer wordt al gauw duidelijk dat men niet meer roeiend naar het schip De stoomsleepboot 'Jacob van Heemskerk' van Bureau Wijsmuller ter assistentie onderweg naar de in moeilijkheden verkerende 'Prince George'. Later schieten nog de sleepboten 'Cyclop', 'Gelderland' en 'Zeeland' te hulp. Het mag niet baten. 12

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Kring van Vrienden van de Hondsbossche | 1989 | | pagina 12