De invasie van de Engelsen en de Russen
in Noord-Holland in 1799
en de 'Hondsbossche'
door J.J. Schilstra
Inleiding
Waar en wanneer komt de Engelse invasie? In 1944 was
dat de grote vraag en hoopvolle verwachting. In de Franse
tijd, in 1799, was dat óók de grote vraag, maar naar het
lijkt met minder hoop op bevrijding als gevolg. In 1944
ving Noord-Frankrijk de schok op, in 1799 was het
Noord-Holland. In beide jaren heeft men zich niet kunnen
realiseren wat een zee van ellende een invasie voor de
bevolking met zich mee zou brengen. Toch betekenden de
rampzalige gevolgen van de landing in 1799 weinig
vergeleken met wat de burgerij te wachten stond als die
invasie gesteund door een Russisch leger was geslaagd
of herhaald. De geschiedschrijving legt in de regel het
accent op de militaire acties van de Bataaf-Franse
troepen. Het archief van 'Noorderkwartier' spreekt een
andere taal.
Landing 27 augustus 1799 bij Callantsoog.
Eerste grote aanval 10 september 1799.
Slag bij Bergen 19 september 1799.
Slag bij Castricum 6 oktober 1799, keerpunt in de oorlog.
Capitulatie 14 oktober 1799.
Begin inscheping van de Engelsen en Russen vanuit
Den Helder 22 oktober 1799.
Onverwacht kwam de inval niet. Vijf dagen ervoor schreef
de Oprechte Haarlemmer Courant dat uit Engeland
berichten waren ontvangen dat grote aantallen soldaten in
Ramsgate en andere havens werden ingescheept. Op de
zeventiende had een Noorse kapitein trouwens al 62
schepen bij Texel waargenomen en langs de hele kust
bevonden zich reeds maanden Bataafse en Franse militaire
posten die tot taak hadden uiterst waakzaam te zijn. Haast
dagelijks houdt deze krant ons op de hoogte van de gang
van zaken. We lezen hoe uit Gent, uit Arnhem, uit Amers
foort en andere plaatsen snel troepen naar het front worden
gestuurd en hoe de krijgsverrichtingen verlopen. Praktisch
alleen de krijgsverrichtingen. Hoeveel er vernield was aan
wegen, bruggen, sluizen, molens horen we uit andere
bronnen als later de rekening wordt opgemaakt. Over de
ellende die de burgerij moest ondergaan vertelt de krant
ons weinig of niets. Gelukkig bleven een paar dagboeken
bewaard als dat van Gerrit Honig uit Zaandam. Een klein
jaar na de ramp bezocht hij de geteisterde gebieden en zag
verbrande woningen en kerken. Anderen maakten de strijd
van dichtbij mee en schreven hun ervaringen op.
ZESDE UITGAVE KRING VAN 'VRIENDEN VAN DE HONDSBOSSCHE', I986
correspondentieadres: Postbus 22, 1800 aa Alkmaar, telefoon 072-193636