Germania
inferior
a
V
ftew tanü
Ut'
lama
•nj
7
Ie
Kaart door Jacob-Friesen van de Romeinse tijd in Nederland. Deutsche Zeitung in den Niederlanden.
Nummer 136, september 2020
Historische Vereniging Texel
15
Daarnaast behandelt hij de dijkbouw, de grafheuvels,
terpen en de Hoge Berg. De aldaar gevonden meer dan
vijfduizend jaar oude stenen strijdbijl (Streitaxt) uit de Late
Steentijd heeft zijn interesse waarmee hij zich van zijn
meest Germaanse kant laat zien. Hij concludeerde dat: Die
Streitaxleute sind einem Zweige der nördlichen Rasse.die sich
vermischten und seit dem 2 Jahrtausend vor dem Zeitrechnung
die Urgermanen entwickelten. Daaruit volgde dat het eiland
kon worden beschouwd als Texel, das urgermanische
Kulturzentrum .43
Een week later in de Deutsche Zeitung van 17-1-1943
Op 28 en 29 juni 1943 verrichtte de uit Oost-Pruisen
afkomstige Duitse 35-jarige nazi-archeologe mw. Dr.
Clara Redlich nog een kort onderzoek met onduidelijke
uitkomst.41 De verhouding tussen de Rijksarcheologen uit
Leiden en de Duitse bezetter was uitstekend.42
In de door de Duitsers uitgegeven krant Deutsche Zeitung
in den Niederlanden schreef Jacob-Friesen op 13-1-1943 een
opzet over de late prehistorie van Noord-Holland. Hij
constateerde dat de hoeveelheid archeologische vondsten
relatief schaars bleek in tegenstelling tot de drie noorde
lijke provincies. Bij de analyse van de eerste 'opgraving'
op Texel in 1777 door een boerenknecht, later beschreven
door de Haagse kunstenaar Van Cuyck, toonde hij ener
zijds zijn kunde op het gebied van de Romeinse vondsten
in Germania Libera, zoals die ook in Nedersaksen worden
aangetroffen.
zijn lastig te dateren omdat op een kogelpotscherf na, de
vondsten niet aan vlakken of profielen werden gekoppeld.
Het grondwater stond in 1942 op 2,4 m - maaiveld (Mv).40
Onder de middeleeuwse lagen werd eveneens op een
diepte van 2 m - Mv inheems Romeins materiaal (1ste-2d
eeuw) aangetroffen, een bekende periode in de archeologie
van Texel.
De veronderstelling van Jacob-Friesen, Den Burg kent haar
oorsprong in een enigszins ronde bewoonde burg uit de
pre-Karolingische Tijd, zou nu op basis van de gegevens
als voortvarend kunnen worden beschouwd.
