F'
Het Chevrolet vrachtwagentje voor de oorlog. Rechts vader en moeder Uitgeest, links pensiongasten.
75 jaar bevrijding - Nummer 135, mei 2020
Historische Vereniging Texel
16
Omdat er heel veel bouwmaterialen over de weg vervoerd
werden, werd deze totaal in puin gereden. Bij ons in de
buurt waren dat de Californiëweg, Gerritslanderdijkje
en de Kogerweg van de begraafplaats tot aan Tubantia.
De rest van de Kogerweg was aangelegd door de Dertig
Polders en was zwaarder. Op een gegeven moment werd
de Californiëweg gemaakt met grote moppen, en doorge
trokken tot aan Paal 17.
Met een zelfgemaakt karretje haalden wij daar stenen op
om zelf bouwwerken van te maken. Door je ouders werd
je geen strobreed in de weg gelegd, want je stal toch van
de Moffen.
Naast ons huis stond een schuurtje (het staat er nog) waar
een Chevrolet vrachtwagentje in stond, eigendom van
mijn vader en ome Willem Uitgeest
Ze hebben deze in het begin van de oorlog voor 2000
gulden aan Hannes Kloosterman verkocht. Die ging er
bouwmaterialen voor de Wehrmacht mee rijden. Net
zolang tot het vrachtwagentje helemaal in de vernieling
was. Daarna heeft er een taxi van Inse Bonne uit De Koog
gestaan. Anders werd deze gevorderd. De wielen werden
er afgehaald en de auto stond op klossen.
Bij een huiszoeking door de Duitsers werd de auto gevon
den. Mijn vader moest toen met de billen bloot na een niet
zo’n prettig gesprek. Het eindresultaat was dat Bonne met
vier wielen kwam opdraven, zijn auto kwijt was en nog op
z’n donder kreeg. Later werd het zogenaamde autoschuur-
tje gevorderd en er werd een paardenstal in gemaakt
voor twee paarden van Jan Brouwer uit Oosterend, die
werk had bij Paal 17. Koetsier was ene Van den Brink uit
Oosterend van ongeveer 17 jaar oud. Hannes Keijzer uit
Den Burg heeft de stalvloer gemaakt. Volgens mij had de
bak van de wagen een dubbele bodem (mij werd niet zo
veel verteld, maar je hoorde en zag ook wel wat). Wat er
mee gejat werd, vooral steenkolen, werd in een schuurtje
ernaast opgeslagen.
Op een gegeven moment stonden er een flink aantal zak
ken met kolen. Mijn moeder die geen kolen meer had en
de kachel met hout stookte, heeft toen een keer met de
kolenschop uit elke zak wat gehaald en heeft er nooit wat
van gehoord. Mijn vader was niet zo bang uitgevallen en
ruilde een vracht stenen voor eten met een chauffeur. Er
was schijnbaar geen controle op de vrachten die vervoerd
werden. De stenen werden spoedig in het land, in een
sloot opgestapeld en er ging een laag stro op. Een tijdje
later kwam buurman Koorn van Tubantia op visite en die
vertelde dat hij een vracht antraciet kolen geruild had met
een chauffeur. Of mijn vader ook nog trek had, maar hij
durfde het toen niet aan. Later kreeg hij spijt en nam con
tact op met die chauffeur, maar die reed toen eierkolen. Hij
maakte een deal met de vrachtrijder. Toen het zover was
gingen de wagendeuren van de stolp open en de vrachtau
to die een kipper was, loste de hele vracht op de dors, wat
een enorme stofwolk veroorzaakte. Later werden de kolen
in zakken geschept en weggewerkt. Ook onze medewer
ker, Jaap Schrama uit Den Burg, kreeg z’n portie.
Als die grappen van m’n vader uitgekomen waren, had
het enkele reis Duitsland geworden of erger.