52Vergelijk 2 Korintiërs 5, 10.
Nummer 133, december 2019
18
Historische Vereniging Texel
25-11-19 19:26
Gotfridus Dei et Apostolice Sedis gracia episcopus Tricalensis reve-
rendissimique in Christo patris et domini domini David de Burgundia
eadem gracia episcopi Traiectensis in pontificalibus vicarius generalis
universis presentia visuris et inspecturis salutem in eo qui est omnium
vera salus. Officio nostro congruum arbitramur ut hiis que divinum fruc-
tuosumque cultum salutemque respiciunt animarum pietatis operibus
caritatisque visceribus solicitius intendamus cupientes ut chorus ecclesie
parrochialis Ter Borch in insula Tessaliensis ad honorem sancti Sixti
episcopi et decem milium martyrum cum altari Venerabilis Sacramenti
ad honorem eiusdem ac gloriosissime Marie virginis Thome et omnium
apostolorum et decem milium martyrum sub anno Domini millesimo
cccco lxxvii die secundo mensis iulii consecratus congruis honoribus ve-
nerintur [sic] ac devotius visitentur et exinde salus animarum increscat.
Quoniam ut ait apostolus omnes ante tribunal Christi stabimus recepturi
prout in corpore gessimus sive bonum fuerit sive malum oportet nos
diem messionis extreme pietatis operibus prevenire et eternorum intuitu
seminare in terris quod reddente Domino cum multiplicato fructu recol-
ligere valeamus in celis. Igiturque honorabilis domini curam prefate
ecclesie gerentis ac discretorum virorum con]sulum et magistrorum
fabrice devotis supplicacionibus inclinati omnibus vere penitentibus et
confessis diem annuam dedicacionis more solito ecclesie vel in dominica
post Sacramenti altaris prefati devote colentibus aut in prefatis ecclesia
vel [eius] altari ad colende passionis domini nostri Ihesu Christi memo-
riam quinque Pater noster et totidem Ave Maria geniculando devote
dicentibus aut diebus ritu diocesano Traiectensi celebribus missam in
choro vel altari prefatis rite delebrantibus [sic] vel eam audientibus aut
pro conservacione eorundem vel divini cultus augmento quovisquoque
dono vel munere studio] consilio vel auxilio manus adiutrices por-
rigentibus de omnipotentis Dei misericordia beatorumque Petri et Pauli
apostolorum eius confisi suffragiis quadraginta dies indulgenciarum
de iniunctis sibi penitenciis pro qualibet vice in Domino misericorditer
relaxamus. Sub testimonio nostrarum harum litterarum nostro sigillo
munitarum Anno die locoque premissis.
en Leviticus 23, 32.
49Over Godfried Yerwerd, zie Weijling 1951, 245-250.
50Allan 1856, 69; Van den Berg 1955, 245, 249; Commissie 1990, 7;
Numan 2005, 119. Vergelijk Tegenwoordige 1750, 596; Van der Aa
1840, 832 en Van Alphen 1878, 268. Schraag 2013, 16 zegt dat het
koor ook in 1481 pas gewijd is, wat in tegenspraak lijkt te zijn met
de onderhavige oorkonde. Dros 2002, 5 vermeldt dat Nicolaas
Gerardsz. in 1457 al een koor aan de kerk had laten bouwen. De
‘Wij, Godfried, door de genade van God en de Apostolische Stoel bis
schop van Trikala en wijbisschop van onze zeereerwaarde vader en heer
in Christus, heer David van Bourgondië, door dezelfde genade
bisschop van Utrecht, wensen allen die de onderhavige brief zullen zien
en bekijken heil in Hem die het ware heil van allen is. Wij menen dat
het in overeenstemming is met ons ambt dat wij door vrome werken en
innigheid van liefde zeer zorgvuldig bedacht zijn op die dingen welke
de goddelijke en vruchtbare eredienst en het heil der zielen betreffen. Wij
verlangen dat het koor van de parochiekerk van Den Burg op het eiland
Texel-in het jaar des Heren 1477, op de tweede dag van de maand juli
gewijd ter ere van de heilige bisschop Sixtus en de tienduizend martela
ren met een altaar voor het Heilig Sacrament ter ere van hetzelfde en van
de glorieuze maagd Maria, Thomas en alle apostelen en de tienduizend
martelaren-met passende eerbewijzen wordt vereerd en met vroomheid
wordt bezocht en dat daardoor het heil der zielen toeneemt. Aangezien
wij, zoals de apostel zegt, allen voor de rechterstoel van Christus zullen
staan, om te ontvangen naargelang wij in het lichaam gedaan hebben,
of dat goed was of kwaad,52 past het ons om de dag van de laatste oogst
met vrome werken tegemoet te treden en met het oog op de eeuwige
dingen te zaaien op aarde wat wij, wanneer de Heer het ons terug
geeft, met winst weer mogen verzamelen in de hemel. Daarom, gunstig
gestemd ten opzichte van de vrome smeekbeden van de eerwaarde heer
die zorg draagt voor voornoemde kerk, van de mannen van onderschei
ding, de raadsleden] en de kerkmeesters, verlenen wij iedere keer
barmhartig in de Heer veertig dagen aflaat van hun algehele boetedoe
ning aan allen die, werkelijk berouwvol en na gebiecht te hebben, de
jaarlijkse dag van de wijding van de kerk op de gebruikelijke manier, en
die van het voornoemde altaar op de zondag na Sacramentsdag vroom
vieren, of die in voornoemde kerk of voor [haar] voornoemde altaar, om
de gedachtenis van het lijden van onze Heer Jezus Christus te eren, door
te knielen vroom vijf onzevaders en evenveel weesgegroetjes zeggen,
of die op dagen die volgens de Utrechtse diocesane ritus feestelijk zijn
in voornoemd koor of aan voornoemd altaar de mis feestelijk vieren of
haar horen, of die voor het behoud van hetzelfde koor en hetzelfde altaar
of voor de bevordering van de goddelijke eredienst door welke gift of
welk geschenk, welke betrokkenheid,] raad of ondersteuning dan
ook een helpende hand bieden, vertrouwend op de barmhartigheid van
de almachtige God en de voorspraak van zijn zalige apostelen Petrus
en Paulus. Onder het getuigenis van deze, onze brief, met ons zegel
gewaarborgd, in het jaar, op de dag en op de plaats hierboven genoemd.'
HVT 133 binnenwerk druk.indd 18
Ook naar aanleiding van dit document zijn enkele aan
vullende opmerkingen nodig. Godfried noemt minstens
vier groepen wiens smeekbeden hem ertoe gebracht
hebben deze aflaten te verlenen: de vicecureit (honora-
bilis dominus curam ecclesie gerens, ‘de eerwaarde heer
die zorg draagt voor de kerk'), niet nader gespecificeerde
mannen van onderscheiding (discreti viri), de raadsleden
(consules) en de kerkmeesters (magistri fabrice, ‘mees
ters van de kerkfabriek'). Die laatste waren leken die
belast waren met het beheer van het vermogen van de
kerk, met het behoud van het gebouw en zijn inventaris
en met het bekostigen van de eredienst. De wereldlijke
overheid was vaak betrokken bij het benoemen van de
kerkmeesters, of leverde die zelf, wat verklaart dat ook
de leden van de raad in dit rijtje genoemd worden.53
bron voor deze informatie is mij onbekend en ze lijkt onjuist te
zijn. Weliswaar heeft archeologisch onderzoek uit 1952 aange
toond dat het koor uit 1470-1481 voorafgegaan is door een eerder
koor dat op zijn beurt weer het originele koor van het tufstenen
kerkje vervangen had, maar dat dateerde uit de veertiende eeuw
(Van den Berg 1955, 249; Numan 2005, 119). Geen van de drie
koren die de Burghtkerk gehad heeft, is tegenwoordig nog intact.
51Over het sacramentsaltaar, zie verder Van der Loos 1928, 169 en
Commissie 1990, 13 nr. 4 en 6, 14 nr. 8, 15 nr. 14, 15 nr. 20, 61 nr.
107-110, 64 nr. 203-204.