Misericorditer in Domino
Drie aflaatakten voor de kerk te Den Burg, 1458-1491
Ad Poirters
Ter nagedachtenis aan Jan Kuijs
en
Nummer 133, december 2019
12
Historische Vereniging Texel
25-11-19 19:26
provincie Utrecht (Muller 1915, 23). Wel spreekt het manuaal van dat jaar
van de ecclesiam de Borch (‘kerk van Den Burg', Utrecht, Het Utrechts
Archief, Domkapittel te Utrecht, inventarisnr. 2463-3, f. 11v; geciteerd
door Holtkamp 1930, 45). Van Heussen 1719, 89 (vertaling: Van Heussen
1726, 168) noemt een door mij niet geïdentificeerd handschrift van Georg
van Egmond, bisschop van Utrecht (1535-1559), waar ook in zou staan
dat de kerk aan Sixtus is gewijd.
In het archief van de protestantse gemeente te Den Burg
bevinden zich drie laatmiddeleeuwse aflaatakten die
betrekking hebben op de Burghtkerk aldaar.1 Hieronder
wil ik deze documenten presenteren in hun historische
context en van enig commentaar voorzien.
5Van der Aa 1840, 832; Van der Loos 1928, 165; Van den Berg 1955, 245;
Verhoofstad 1959, 111; Commissie 1990, 7; De Moor 1992, 157; Van der
Kooi 1997, 13; Dros 2002, 5; Numan 2005, 119; Schraag 2013, 16; 2018, 15.
Waarom Van Alphen 1878, 268 schrijft dat de patroon van de kerk de H.
Petrus was, kan ik niet verklaren.
6Allan 1856, 70.
7Van Heussen 1719, 89 (vertaling: Van Heussen 1726, 168).
1Commissie 1990, 13-14, nr. 3-4, 7. Een afbeelding en een eerdere versie
van mijn vertaling van nr. 3 zijn gegeven door Schraag 2018, 15-16. Over
nr. 4, zie Möller 1887, 66 en Weijling 1951, 248. Graag dank ik Henk
Witte voor het ter beschikking stellen van afbeeldingen van de akten
en voor het aanbrengen van een verbetering in mijn vertaling van nr. 4.
Rijcklof Hofman ben ik dank verschuldigd voor het controleren van mijn
transcriptie van nr. 4.
2Over de bouwgeschiedenis van de Burghtkerk, zie Van den Berg 1955,
249 en Numan 2005, 119-120. Voor de datering van de huidige kerk, zie
Verhoofstad 1959, 111; Commissie 1990, 7; Van der Kooi 1997, 12; Dros
2002, 4 en Schraag 2013, 16; 2018, 15. Waar het specifieke jaar 1452 op
gebaseerd is, is mij onbekend.
3Er zijn tot nu toe drie heilige pausen geweest met deze naam en het
is niet zeker welke van de drie het hier betreft. Numan 2005, 119 en
Schraag 2013, 16; 2018, 15 lijken te menen dat het om Sixtus III (432-440)
gaat, aangezien zij 28 maart als feestdag van de patroonheilige van de
Burghtkerk noemen. In navolging van Martens van Sevenhoven 1914,
105 nr. 296, die veronderstelt dat het patroonsfeest op 6 augustus viel
(vergelijk Kruitwagen 1942, 173), vind ik de martelaar Sixtus II (257-258)
een meer voor de hand liggende kandidaat.
4Een verzoekschrift van de kerkmeesters van de kerk te Den Burg van
na 1464 (zie n. 31) is gedateerd opten Manendach voer sinte Sixtus onse
patrone (‘op maandag voor het feest van de H. Sixtus, onze patroon',
geciteerd door Martens van Sevenhoven 1914, 105 nr. 296). Een charter
van de abt van het Sint-Geertruiklooster te Leuven de dato 13 januari
1496 spreekt van het H. Kruisaltaar in ecclesia parochiali sancti Sixti
in Burch (‘in de parochiekerk van de H. Sixtus in Den Burg', geciteerd
door Verhoofstad 1959, 238 nr. 289). In de rekeningen van de officiaal
van de aartsdiaken van de Utrechtse dom over de jaren 1518-1519 en
1525-1526 is sprake van benoemingen in parrochiali ecclesia sancti Sixti
in Burch (‘in de parochiekerk van de H. Sixtus te Den Burg', Utrecht, Het
Utrechts Archief, Domkapittel te Utrecht, inventarisnr. 2464-47, f. 263r en
inventarisnr. 2464-53, f. 367r; geciteerd door Holtkamp 1930, 45, die in
de rekening over 1525-1526 Stephani leest waar werkelijk Sixti staat; zie
merkwaardig genoeg ook Muller 1915, 319 n. 7). Volgens Van der Loos
1928, 165 noemt ook een rekening uit 1452 Sixtus als patroon, maar ik
weet niet waar dat op gebaseerd is, aangezien de rekening over het jaar
1452-1453 in Het Utrechts Archief niet bewaard is gebleven en ook ten
tijde van Van der Loos niet aanwezig was in het Rijksarchief in de
Voor een tweede patronaat van Johannes de Doper, waar
verschillende auteurs met meer of mindere stelligheid
naar verwijzen,5 worden in de mij bekende literatuur
geen doorslaggevende argumenten gegeven. Hoewel F.
Allan in zijn boek over Het eiland Texel en zijne bewo
ners (1856) spreekt van ‘een oud handschrift' dat Sint-Jan
als patroon zou noemen,6 lijkt de traditie, die al in de
achttiende eeuw bestond,7 voornamelijk gebaseerd te
zijn op het privilege dat Gwijde van Chatillon, graaf van
Blois, op 20 april 1383 aan de bewoners van Den Burg
gaf om een vrije jaarmarkt te houden rond het feest van
de geboorte van de Doper (24 juni).8 Nu vonden dergelij
ke markten inderdaad vaak plaats rond de feestdag van
de parochiepatroon, maar dat is geen wet van Meden
Perzen en overtuigt op zichzelf niet helemaal. J.C. van
der Loos voert in zijn artikel ‘Van het eiland Texel' (1928)
nog als ondersteunend argument voor Johannes' patro
naat aan dat die laatste is afgebeeld op een oud kazuifel
(een misgewaad voor de priester) in het Bisschoppelijk
Museum te Haarlem dat uit Den Burg afkomstig zou
zijn.9 De Doper is inderdaad herkenbaar op de kruis
vormige rugversiering,10 die uit het eerste decennium
van de zestiende eeuw dateert en zich tegenwoordig,
los van het niet-contemporaine kazuifel waar het begin
vorige eeuw nog op zat,11 in Museum Catharijneconvent
te Utrecht bevindt.12 Dit alles betekent echter niet veel,
aangezien het kazuifelkruis naast Johannes ook vier
andere heiligen vertoont en er überhaupt geen bewijs is
dat het voor de kerk op Texel vervaardigd is. Het eerste
dat we er namelijk met zekerheid van weten, is dat het
in 1876 door de parochie van Den Burg aan het museum
in Haarlem geschonken is.13 De voorlopige conclusie
moet dus zijn dat, hoewel het niet onmogelijk is dat de
kerk van Den Burg naast Sixtus ook Johannes de Doper
als patroonheilige had, het toch beter lijkt wat dat betreft
een grote slag om de arm te houden.
HVT 133 binnenwerk druk.indd 12
Van de protestantse kerk De Burght wordt gezegd dat
ze, ter vervanging van een romaans tufstenen kerkje
op dezelfde plaats, in de eerste helft van de vijftiende
eeuw gebouwd en in 1452 voltooid is.2 De patroonheilige
was paus Sixtus,3 zo blijkt uit meerdere contemporaine
documenten.4