O
Esperanto parolata
Harry de Graaf
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
3 (Wij spreken Esperanto). Deze tekst werd door Harry de Graaf uitgesproken als opening van Open Monumentendag 2018, bij het
Esperanto-monument aan de Kogerstraat in Den Burg
Gisinjoroj. Koran bonvenon.
Volonte mi rakontas ion pri tiu speciala monumento kaj
pri la specialaj homoj,
kiuj efektivigis gin en la jaroj antau la milito.
Dat betekent:
Dames en heren, hartelijk welkom. Graag wil ik u iets
vertellen over dit bijzondere monument en over de bij
zondere mensen die het in de vooroorlogse jaren tot
stand hebben gebracht.
Toen ik in 1962 als verslaggever in dienst kwam van de
Texelse Courant had ik mijn kantoortje op de hoge zolder
van de drukkerij aan de Parkstraat. Op die zolder was
ook het bedrijfsarchief van de uitgever Langeveld De
Rooij. Het gebouw was in de Russenoorlog grotendeels
in puin geschoten, maar weer opgebouwd uit het oude
materiaal. Wat te zien was aan de tientallen gaten in bal
ken en planken, veroorzaakt door granaatscherven. Bij
die beschieting was echter geen brand ontstaan waardoor
verrassend veel van de inboedel bewaard was gebleven.
Bij die inboedel vond ik talloze boeken, ansichtkaarten,
pamfletten, persoonlijke brieven en zelfs deskundig ge
maakte 16 mm films die allemaal betrekking hadden op
Esperanto, de wereldhulptaal waarmee de gebroeders
Johan en Gijs Duinker zich in de jaren 30 en 40 intensief
De eenvoudige en makkelijk te leren wereldhulptaal
Esperanto werd bedacht en in 1887 geïntroduceerd door
de Joodse arts Lezjer Zamenhof. Dat was ook het oprich
tingsjaar van de Texelse Courant maar dat zal wel toeval
zijn. Het ideaal van Zamenhof was dat met Esperanto de
verschillen tussen volken en culturen zouden worden
overbrugd in het belang van vrede en welvaart. Hij kreeg
wereldwijd navolging, vooral op Texel dank zij de broers
Duinker die hun toen al huis aan huis gelezen Texelse
Courant gebruikten om te taal te promoten. Bovendien
waren ze actief betrokken bij regionale en landelijke or
ganisaties die heteelfde doel hadden. Ze deden mee aan
congressen en excursies die soms ook op Texel werden
gehouden, blijkens de filmbeelden die Gijs Duinker
maakte en die gelukkig bewaard zijn gebleven en enkele
jaren geleden werden verwerkt in het historische pro
gramma Andere Tijden.
Wat wij nu de Europese gedachte noemen was voor
Esperantisten niet eens zo heel bijzonder. Hun ambities
bij het onderhouden van vriendschapsbanden waren let
terlijk wereldwijd. In de jaren 30 waren er tientallen,
waarschijnlijk honderden Texelaars die Esperanto leer-
den, veel meer dan in andere plaatsen. Dat had ook iets
te maken met de reputatie die de Duinkers hadden. Uit
de verhalen van mijn ouders en de Esperantisten die ik
nog heb gekend, kan ik afleiden dat het geen keiharde
zakenlieden waren maar integere vriendelijke mensen
die algemeen vertrouwen genoten. Als iets van de
Duinkers uitging dan zat het wel goed, was de opvatting.
Soms denk ik dat het in de genen zit, want de paar nako
melingen die ik wel eens spreek hebben dezelfde inne
mende uitstraling.
Texel was het groene eiland, groen naar de groene ster in
de Esperantovlag. Dit opmerkelijke feit kreeg zichtbaar
gestalte in dit monument dat hier aan de Kogerstaat in
1935 tot stand kwam, ook op initiatief van de Duinkers
die het benodigde geld met dubbeltjes en kwartjes bijeen
brachten. Ze namen de befaamde architect L.Igesz in de
arm; voor de rest gebeurde alles met lokale krachten
vooral Esperantisten. De meest opmerkelijke was Siem
de Waal die het metselwerk uitvoerde maar al voor die
tijd met Esperanto bezig was. Hij reisde per fiets door
£W Btttf iniuta Itscel)
Prentbriefkaart
£a Üftamtfo - monumenia,
(coll. Klaas Uitgeest)
Nummer 129, december 2018
Historische Vereniging Texel
29