Ill
m v
links achter de lantaarn de winkel van Dros, rechts de boerderij
van Bremer met op de straat een plank vóór de inrit naar de
wagendeuren.
In de kelder
Was het een bombardement op Den Helder, een gevaar
lijk luchtgevecht of was het het opblazen van De Mok?
Dat weet ik niet meer, maar we moesten de kelder in,
mijn ouders, mijn twee zusjes en ik en ook m'n vaders
broer Geb, die bij ons in huis was omdat hij uit België
weg moest, waar hij studeerde. Onder ons in 1927 ge
bouwde huis was de oude kelder van het vorige pand in
tact gebleven. Een hoog, rond gewelf, een estrikken vloer
en de wanden vol oudhollandse tegeltjes met bruine en
blauwe voorstellingen van kinderspelen. Daar zaten we,
op een kluitje tussen onder andere botervaatjes, de aard-
appelkist en Keulse potten met "soute bóóne". Veel in
druk maakte op mij dat Ome Geb hardop begon te bid
den. Op de achtergrond hoorden we de explosies en
schoten en gierende vliegtuigen. Ik was bang en voelde
me veilig tegelijk.
De Duitsers
En toen kwamen de Duitsers. Spannend en interessant
voor ons als kinderen. Ze bleken (nog) niet eng en ge
vaarlijk en 't leven ging weer zijn gewone gang. Dat
wordt vaak vergeten: in de beginjaren veranderde er wei
nig aan het dagelijks leven. Jaren later kon mijn moeder
met schaamte vertellen hoe verguld ze in het begin was
met de klandizie van de Duitse soldaten. De omzet van
bijvoorbeeld de chocola steeg enorm. M'n moeder
schudde later beschaamd haar hoofd. "Bedroefd",
zuchtte ze. "Maar ja, je wist nog van niks." En dat was
ook zo.
Op school
Op school ging ook alles z'n gewone gang. Op een keer
deelde meester Huizinga nieuwe boekjes uit: het waren
Duitse taalboekjes. Nederland moest namelijk helemaal
Duits worden, dus moesten we Duits leren op school.
Wat de meester erover zei, weet ik niet meer. Wel weet ik
dat ik het fantastisch vond, een andere taal leren!. En ik
schaamde me dood dat ik 't zo leuk vond, want dat
mocht natuurlijk niet.
Een aftelversje, daar begon het mee:
Ich bin Peter, du bist Paul
Ich bin fleissig, du bist faul
Ein-zwei-drei, du bist frei
Die boekjes waren na korte tijd weg. Later hoorde ik dat
meester Huizinga waarschijnlijk het enige schoolhoofd
op Texel was die ze gebruikt had. Ze bleven op de meeste
scholen ongebruikt. Het zal in 1941 of 1942 geweest zijn,
ik was 11 of 12.
De bakkerij gevorderd
Langzamerhand werd de toestand nijpender: gebrek aan
van alles, allerlei beperkingen, overal tekorten. En dan:
onderduikers, overvliegende en soms neerstortende
bommenwerpers in de nacht, allerlei verboden en gebo
den. De duimschroeven werden langzaam aangedraaid.
In Loodsmanswelvaren hadden de Duitsers hun
"Wehrmachtsheim", hun clubhuis en café. En ook op De
Mok was zoiets, meen ik.
h m mmm
intimi
De bakkerswinkel van Dros aan de Herenstraat
10
Historische Vereniging Texel
Nummer 125, november 2017