Oost 1933 foto J.P. Strijbos, coll. Nederlands Fotomuseum, Rotterdam
Marietje, de zus van Kees Daalder en de moeder van Piet,
was voor mij een soort tweede moeder. Ik kwam daar ja
ren meer over de vloer als bij mijn eigen moeder. Was ge
woon heel veel bij en met vriend Piet.
Kees Daalder, de timmerman. Bij veel mensen zo bekend.
Wij noemde hem vroeger ook al zo omdat er veel
Cornelis Daalders waren op Oost en in Oosterend.
Volgens mij sprak hij geen woord teveel, een bescheiden
man, timmerman, een vakman.
Kees en zijn zus Marietje (Riet).
Foto's mevr. F. Daalder-kampstra
Bert Plaatsman, de vriend van Kees, woonde aan de kop
van het weggie van Cor van Liere, nu de Mosselweg. In
de tijd van het schriftje leefde zijn vader niet meer, die
was verdronken in de oorlog in de Putte. In mijn tijd
leefde hij in heteelfde huis met Gepke, de zuster van
Hendrik van Pierikie (van der Wal).
Bijzonder vind ik het dat Kees Daalder boodschappen
deed in Oosterend. Zijn tante, vrouw van Liere-Daalder)
had een winkeltje in de Hoek, waar de Betsema's op
groeiden. Daar kon je van alles kopen. Ook bij Ted Kok
en Maarten de Smid kon je terecht voor boodschappen,
alles in een straal van 450 meter.
De tuun waar Kees in de zomeravonden met zijn vader
in werkte is nu het landje van Sieme de Smidt. Volgens
mij is er nu een heel gedoe over fruitbomen die gerooid
moeten worden. Nou vroeger stonden er ook al bomen,
maar die hebben Piet en ik (10/12 jaar oud) met een ouwe
Scaldia gerooid. Beetje vrij graven, end touw van de kot
ter eran, die ouwe Russische auto ervoor en rukken
maar. Machtig!
Ik vind het verhaaltje heel kenmerkend voor die tijd.
Armoede en matige gezondheid in een dijkwerkersgezin.
Zoals ik het nu bekijk was Oost een gehucht met alleen of
heel veel bijzondere mensen, stuk voor stuk! Ik heb er
zelf ook wat van meegekregen.
Ik moest het kort houden
8
Historische Vereniging Texel
Nummer 125, november 2017