De bodem raakte er wel uit, maar helaas, 't wilde niet
meer terug. Ik met het 't omhulsel van de doos aankomen
en daar hebben de grote mensen zo'n schik om gehad dat
ik het nog weet.
Ik mocht wel eens komen logeren en daar namen opa en
de hond Meta een grote plaats in. Opa zie ik nog in 't
hoekje zitten, met 't eten hardop voorgaan, dat waren we
thuis niet gewend. Als het warme eten gebeurd was, kre
gen we een appel toe. Opa schilde z'n appel, soms deed
omoe dat voor hem en raspte dan met z'n mes en dat
schraapsel op z'n mes ging naar z'n mond, 't zag blauw
achtig. Was dat gebeurd, werd er gelezen en gedankt.
Met dat de bijbel terugging naar dat vaste plekje, kwam
de tabakspot naar beneden. Die stond op 't hoekplankje
boven zijn hoofd en dan werd omoe alert. Niet dat ze dat
anders niet was, maar 't had z'n reden. De pijp werd
zorgvuldig gestopt, een lucifer erbij en al borstelde opa
nog zo zorgvuldig over zijn buikje, er zaten brandgaatjes
in zijn kiel. Toch ging er nog een dop met gaatjes over de
kop heen. Ik heb heimwee naar de tabakspot die met
stoppen tussen z'n knieën vastgezet werd.
Opa had ook aandacht als je klompen even te ruim wa
ren. Kom maar mee jong, zei hij dan, ik mee naar de
schuur, werd op de voerkist gezet, zorgvuldig werden 3
wisjes stro uitgezocht, een stukje gevlochten, en in de
klompjes gelegd, elke dag weer. Dit is een van de mildste
dingen, die ik me van opa herinner.
Toen kwam er voor het eerst een stukje verdriet in het le
ven van een kleine jongen. Op een middag kwam tante
Betje bij ons en ze huilde. En toen ze aan moeder vertelde
dat opa overleden was, huilde die ook. Moeder heeft ons
later wel verteld dat opa's wens in vervulling was gegaan.
Hij wilde graag zonder ziekbed weggenomen worden.
Het was een geliefde vader, een bevoorrecht man, die
zo'n warme band in z'n gezin wist te leggen, dat een
kleinkind, zo jong nog, de warmte gevoeld heeft.
En dan kom je later weer eens. Ome Zeeg zat in het
hoekje van opa en ik vond het niet echt.
Ome Zeeg zit lekker in het gras zijn zeis te haren
Dit hoorde bij het aankomen, bij 't weggaan, wat min
stens even belangrijk was, dat was 't wegen met de bas
cule op zolder. 't Zat me mee, wanneer het ging gebeuren
na het warme eten, was ik tenminste een beetje zwaarder.
't Gewicht was namelijk geen succes bij me. Een keer heb
ik er een gewicht bijgezet, maar dat werd later ontdekt,
daar trapte ik dus in.
Ik kom nog even op de slaapkamer terug. Ik sliep bij ome
Giel en dan 's ochtends aan die schijf draaien, dat je naar
buiten kon kijken en dat je de meeuwen uit 't Hop
hoorde tekeer gaan. Dat rooster heeft nog m'n bekoring.
Over meeuwen gesproken, ome Giel zei op een keer
'Henk, ga je mee naar 't Hop?'. Ik mee, ik een nest eieren
zien, en nog een nest eieren, en ik ome Giel een derde
nest aanwijzen. Zegt hij: 'kijk uit jong'. Maar het was al
gebeurd, ik had een ei stuk getrapt van nog weer een an
der nest. Ik voelde me erg onzeker en ik vond het ook
niet leuk meer, zodat ik blij was toen wij weer op huis af
gingen.
Twee dingen speelden een voorname rol als je er was. Als
je uitgekeken was, dan was het 'kijk maar onder het bed
of er nog wat in de kist zit'.
Het moment, het zal je maar gebeuren, maar ik heb het
een keer meegemaakt, dat er een wekker in zat, die ook
nog liep en ook kon aflopen. Verder zat er in: koperen
hulzen, gevonden door de ooms, a&omstig van de ja
gers, stukken touw, klosjes, weten jullie nog meer?
Veel later, toen ik groot was en met een dominee een ge
sprek had betreffende kinderen, kwam uit diens mond:
'wat een dwaasheid dat dure speelgoed. Laat ze met een
klosje of iets uit 't huishouden spelen'. Toen kwam dat
houten kistje weer in m'n gedachten.
Nou gaan we even in de tijd terug, dat 't watermolentje
nog bij de dijk stond en dat is heel wat jaren terug. Bij dat
molentje had een visser zijn roeibootje gelegd. Dat ome
Giel en ik daar aan het varen geweest zijn is ook wel een
grote gebeurtenis geweest.
Van ome Giel kreeg ik ook m'n eerste fluit. Deze werd ge
maakt van een tak van de vlierstruik. Een mooi, recht
stukje tak werd uitgezocht en afgesneden. In die takken
zit van dat zachte spul wat je er met een stukje ijzerdraad
uitpeuteren kan. Als dat gebeurd was, werd er van een
andere tak een goed passend stukje ingezet, dat aan de
bovenkant recht afgesneden was. De aldus gemaakte
fluit gaf nog een behoorlijk geluid.
Nummer 122, maart 2017
Historische Vereniging Texel
19