droogtoren naar De Kan ter
De gedroogde en geschoonde kleine stukjes meekrap
wortel, de racine, werden verhandeld en vanaf 1850 el
ders tot poeder verwerkt. Vóór die tijd werd de racine in
de meestoof verder bewerkt. Dan werd de racine een dag
nagedroogd op een paardeharen deken op de eest, een
circa 20 meter lang rookkanaal, aangesloten op de stook
plaats, het varken. Daarna stampten de lange, zware eiken
balken van het stamphuis, met behulp van een door twee
of drie paarden aangedreven rosmolen en een overbren
ging, de racine tot meekrappoeder.
Rosmolen en stamphuis
19e eeuwse innovaties
Twee Parijse apothekers publiceerden in 1826 de resulta
ten van hun onderzoek naar kleurstoffen in meekrapwor
tels. De belangrijkste daarvan noemden ze alizarine.35
Twee jaar later namen ze voor 10 jaar een octrooi op de
behandeling van meekrap met zwavelzuur. In dat prepa
raat, garancine, was de concentratie aan alizarine 3 tot 4
maal hoger dan in meekrappoeder.
Na afloop van het patent op garancine werd dat vanaf
1838 breed toegepast in de textielververijen. Meekrap le
verde als gevolg van minieme verontreinigingen oranje
rode en bruine tinten en garancine meer roze en violette
nuances.
In 1848 werd in Schoten bij Haarlem een complete uit
Avignon afcomstige meekrapfabriek neergezet. Het ge
hele proces van drogen, dorsen, zuiveren en malen
werkte daar op stoomkracht. Dat was de eerste stap van
nijverheid naar industrie. De fabriek werd in 1860 voort
gezet als Koopman, Zocher Co. Dirk Tanis, boer in
Eierland was een van de aandeelhouders.36 De meekrap-
fabriek betrok racine en onbewerkte meekrapwortels van
de boeren, had dankzij de mechanisatie een grote pro
ductie en leverde daardoor als eerste in Nederland mee
krappoeder van uniforme kwaliteit.37 In 1868 kwamen
voorlopers van het chemieconcern BASF met een me
thode voor de productie van alizarine, het kleurende pig
ment in racine, uit koolteer. Die synthetische alizarine
had een constante kwaliteit en een heel lage kostprijs.
Daardoor werd racine in enkele jaren van de markt ge
veegd. In 1878 waren de meekraptelers nood gedwongen
overgestapt op bietenteelt en vetmesterij van runderen.38
Meekrapverwerking op Texel
1. Meestoof De Onderneming, bij Dorpzicht (1858-1875)
Begin 1858 verleende de Gemeente Texel een verklaring
van geen bezwaar aan de Amsterdamse meekraphande
laar Cesar Voute voor het oprichten van een fabriek zijnde
een droogmeestoof in Eijerland. 18 maart 1858 volgde toe
stemming van Gedeputeerde Staten en op 19 april 1858
werd de Maatschap tot daarstellen en exploitatie van een mee-
droogstoof in Eijerland opgericht.39 Dat was De Onder
neming. De eerste steen werd op 16 juli 1858 gelegd door
Dirk Tanis Dzn, het 6-jarige zoontje van Dirk Tanis Czn
en Cornelia Nieman.
Deelnemers in de Maatschap aandelen
Cesar Voute, in Amsterdam 10
Jhr. Cremer vd Berch van Heemstede 3
Robert Voute, in Amsterdam 2
Jan Eduard Buijs, te Amsterdam 2
Pieter Langeveld, wethouder 2
Johannes van St. Annaland, 2
Dirk Cornelisz Tanis, landbouwer 2
Joh. Reuvers, huurder van Dorpzicht 2
Martinus Langeveld 1
S. Keijser Sijbrzn 1
Pieter Kuijper Klaaszn 1
De inleg bedroeg 500 gulden per aandeel.
35 Priester, 323
36 Nederlandsche Staatscourant 12 april 1860
37 Zierikzeesche Courant 13.10.1852
38 J.W. Schot en E. Homburg
39 Extract uit het Register der deliberation van G.S. 1858 nr. 42 en NHA
186.20 inv. 18 rep. 3033
Nummer 119, juni 2016
Historische Vereniging Texel
23