BAAIEN OJVDERKLEEDING
VOOK DE KOUDE.
Aanbevelend, Frans ZeqeE Kz.
Hoogst ra al 156,
ROOD BAAIEN HEEREN
HEMDEN. Voorkomen ischias
en rheumatiek
4.75 - 5.25 - £.50 - 7.75
U üMllidun, Tl
3£ «ÏTIEL.1P BAAI, onfoUtaaJ- talddol togn MnliutI.t
Rotterdams Nieuwsblad 1906
Lcdïchc "OJlffl dekens,, blauwe gekneldeSïhi|iperilruir n, EdjjeI-
schc Ifüjcn. wanlen. roodc baai blauwe bui i, zware
gebreide br-dClrcn en b-srslioSifctn. wollen t'ttjunutUD miUd
wellen ^tpjts. tij-den doeken.
Texelsche Courant 13-01-1929
Nieuwsblad van het Noorden 25-09 -1936
Rood baaien onderkleding was in de 19e eeuw, toen op
Texel meekrap verbouwd werd, een normaal artikel, maar
het was niet goedkoop. Bij Arie Dros, handelaar, boer en
meekrapteler op Sir Robert Peel in Eierland lagen in mei
1865 twee nieuwe rood baaien broeken en een dito hemd
in de kast, gewaardeerd op 13. Om een idee te geven
van de toenmalige prijzen: een lamschaap kostte toen 20
en een ram 14.3 Iets zuidelijks langs de Postweg, in een
arbeiderswoning bij Bland en Berg, woonde Johannes
Joesch. Hij had een winkeltje met levensmiddelen en
sterke drank en bezat in 1867 drie rode onderbroeken.4
Voor- en nadelen van meekrapteelt
Meekrap was een arbeids- en kapitaalintensief gewas, al
leen geschikt voor kapitaalkrachtige boeren die zich ge
durende twee of drie jaar een aanzienlijke investering
konden veroorloven en het risico van een misoogst kon
den dragen. Meekrap is gevoelig voor strenge winters en
vraagt goede ontwatering. De keuze voor de teelt van 3-
jarige meekrap was verleidelijk, maar riskant: uitvriezen
in de tweede winter betekende geen opbrengst, maar wel
hoge kosten van zware bemesting en twee seizoenen ar
beidsloon.
Ook andere overwegingen speelden een rol. Door het fre
quente wieden en diepe omwoelen, was de hoeveelheid
onkruid na een meekrapteelt te verwaarlozen en verbe
terde de structuur van de grond aanzienlijk.
18 Historische Vereniging Texel
De gemiddelde netto-opbrengst per ha over een langere
periode steeg door de meeropbrengst van meekrap en het
verminderen van weinig renderende zomergranen en
peulvruchten in de vruchtopvolging.5 Tenslotte is mee
krap zouttolerant en net als koolzaad geschikt voor recent
bedijkte zeepolders waar nog veel zout in de grond zit.
De teelt van meekrap
het planten van kiemen op Schouwen rond 1900
Eén of twee jaar voor het begin van de teelt werd de
voorvrucht van de meekrap zwaar bemest met stalmest
en het land werd bijzonder goed gezuiverd van onkruid.
Na de oogst van de voorvrucht werd weer een grote hoe
veelheid mest opgereden; 50-60 wagens mest per bunder
was op Schouwen normaal. Dat was de winterproductie
van vijf of zes volwassen koeien gedurende de hele win-
terstalperiode.6 Maarten den Bleijker adviseerde in 1835
voor Eierland 65-70 wagens mest per bunder.7 Omdat
meekrap in ons klimaat geen of zelden rijp zaad produ
ceert, wordt het vermeerderd met jonge, gewortelde
scheuten, de kiemen.
Uit de instructie voor den landbouw van 1 april 1838 voor
zetboer Dirk Tanis in Eierland:
Bewerking der meekrap Art. 22 Het stoppelland wordt met
drie paarden zeer diep op wintervoor geploegd, vroeg in het
voorjaar, wanneer de landerijen opgedroogd zijn, Hegt men het
veld zo fijn mogelijk. Daarna worden de meebedden geploegd
en el 9 op de 7.58 Ellen waarna de bedden worden geblokt, ter
bewaring der vochtigheid. Kort voor het planten (eenige uren)
worden de bedden met een ligte Egge geslegt en daarin de
Kiemen gezet, telkens vier naast elkander (een slag genoemd)
en met tusschenruimte van 31 NL duimen tusschen elken slag.
Het plukken geschiedt door vrouwen of aankomende jongens
onder opzicht van een Plukbaas (a 1dezelve genieten een
daggeld van 60 centen.
3 NHA 186.20 inv 25 rep 3944
4 NHA 186.20 inv. 27 rep. 4298
5 Priester, 341, 342, 362
6 Priester, 327 ev
7 RAA, SvE, inv. 226
Nummer 119, juni 2016