Meekrapteelt en verwerking op Texel Wilma Eelman Inleiding Meekrap is een verfplant met een mythische reputatie. Meekrapwortels worden nu ruim 5000 jaar gebruikt voor het rood verven van leer, textiel en hout. Dat gebeurde al in het oude Perzië, India, China en Egypte. Tot circa 1875 was veel rode textiel in Nederland met meekrap geverfd. Ook kunstschilders gebruikten het als pigment. Na de val van het Romeinse Rijk raakte meekrap in Europa in vergetelheid tot Karel de Grote de meekrapcultuur be vorderde en het in zijn tuin liet kweken.1 Vanaf de intro ductie van de teelt in de Lage Landen waren Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden het centrum daarvan. De grote vraag naar meekrap en het geringe aanbod stonden meestal garant voor een goede prijs. Niet alleen het pig ment genoot een ijzersterke reputatie, bij telers nam de faam van meekrap als geldmachine mythische proporties aan. Bij de bouwboeren in Zeeland en op de Zuid Hollandse eilanden ging het verhaal dat alle onkosten uit het bedrijf betaald konden worden uit de opbrengst van de meekrap - als alles goed ging. Daarmee was de op brengst van de andere gewassen op de overige 95 van hun bedrijf zuivere winst. Soms was de meekrap meer waard dan de akker waar ze op groeide.2 De 19e eeuwse meekraprassen hadden alle hun specifieke kenmerken en rasnamen, zoals Taaie Groene en Rijkmakers. De inpol- deraars van Eierland en hun van de Zeeuwse en Zuid- Meekrap en indigo (Bertuch Bilderbuchfür Kinder, 1801) Hollandse eilanden a&omstige zetboeren introduceerden in 1836 de meekrapteelt op Texel. Over het actieve gebruik van meekrap als pigment op Texel is weinig bekend. De tot in de 18e eeuw op Texel werkzame wol- en linnenververs hebben over de door hen gebruikte pigmenten niets nagelaten. Pas vanaf circa 1965 experimenteerden hobbyverfsters als An Barnard, Marie Wieten en Ietje van der Werf met meekrap en het beitsmiddel aluin. Met meekrap geverfde kleding werd algemeen op Texel gedragen, zo blijkt uit archeologische vondsten, muse umstukken, boedelinventarissen, krantenadvertenties en uit overlevering. Zo droegen tot in de 20e eeuw boe ren en boerinnen, arbeiders, vissers en andere buitenlui 's winters wollen baaien hemden, onderbroeken, borst rokken en onderrokken. Wollen baai is een geruwde, fla- nel-achtige geweven stof. Oorspronkelijk was die stof met meekrap rood geverfd. Aan meekrap werd een heil zame werking tegen jicht en reuma toegeschreven. Die gezondheidsclaim was niet nieuw. Onder andere Hippocrates en de Romein Plinius noemden dit al. En lang na de periode 1870 - 1880, toen meekrap vervangen werd door goedkope, synthetische rode kleurstof, adver teerden winkeliers nog met deze leuzen. 2 Van der Poel, 129 Vrouw uit Hoogwoud 1560, met meekraprode 'baaien borstrok (Rijksmuseum, bruikleen aan Kaasmuseum Alkmaar) Nummer 119, juni 2016 Historische Vereniging Texel 17

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2016 | | pagina 19