Invalkracht en op kantoor Krijntje doorliep de CVO school en ging daarna naar de ULO. Daarna ging ze naar de Kweekschool en behaalde in 1939 als 18-jarige haar diploma. Tegelijkertijd slaagden ook twee Texelse jongens: Herman Bakker en Anne Alderlieste, zoon van de vuurtorenwachter. Op Texel wa ren toen twee vacatures in het onderwijs en die twee plaatsen werden aan de mannen toegewezen. Burgemeester Kamp vroeg aan Krijntje of ze niet bij hem op kantoor wilde komen werken totdat een plaatsje vrij zou komen op een van de scholen. Dat deed ze. Als het nodig was fungeerde ze al invalster. Eén invalbeurt heugt haar bijzonder. Het was winter. Het waaide hard en het had gesneeuwd. De juf van de school van Zuid Eierland was ziek geworden. Krijntje zou haar vervangen en ging al vroeg op weg. Lopend tegen de harde noord oosten wind in kwam ze gelukkig op tijd op school Daar bleek dat de juf intussen hersteld was en moest Krijntje rechtsomkeert maken. Ze moest veel moeite doen om die dag de kunnen declareren. Per dag verdiende ze toen 2,50. Het werk op het kantoor bestond uit het uit schrijven van distributiebonnen en verblijfsvergunnin gen. Dat deed ze enige tijd samen met Ad Blok van der Velden en zijn vrouw.Toen juffrouw Brouwer de open bare lagere school van Den Burg verkoos boven die van De Waal, dacht Krijntje dat ze daar zou worden be noemd. Maar ene mejuffrouw Brans kreeg de baan. Die vertrok al spoedig naar elders en toen was het haar beurt. 'Mijn eerste ouderavond zal ik ook niet licht vergeten.' Meester Keijser zei tegen me: 'Weet je wat? Houd jij da delijk maar een verhaal over het handwerken. Nou, daar sta je dan als beginnende leerkracht.' Een jaar later had ze haar vaste aanstelling. De gouden foornééld Ze woonden heerlijk op het Suukerweggie. De oorlog was bijna voorbij toen Den Burg werd beschoten en hun huis in vlammen opging. Alles wat hun lief was, ver brandde. Ook alle sieraden die behoorden bij haar kos tuum van de Texelse klederdracht. Na de brand heeft ze in de asresten nog gezocht naar de granaten van haar halsketting en haar armband, maar die zijn nooit meer te ruggevonden. Die zullen in de hitte van het vuur uit el kaar gespat zijn. Eén onderdeel bleef wonderwel ge spaard. De gouden foornééld! Want, toen moeder Maria Krijntje voor de eerste keer hielp bij het aantrek ken van haar kleder drachtkostuum en de bijbehorende sieraden, wist ze niet goed hoe ze de foornééld moest vastmaken. Gaatje in de gouden foornééld Dus heeft Maria met hamer en spijker daar een klein gaatje in gemaakt. Zo kon ze met een draadje de voor naald vasteetten. Tijdens de brand lag de "foornééld in het spiekerkissie in 't skuurtje" en overleefde zo de brand. Meesters komen en gaan Aanvankelijk gaf ze les samen met het hoofd van de school, meester Keijser. Die overleed al snel. Na meester Keijser kwam meester Pieterse (1940-1946). Krijntje vertelt dat meester Pieterse oneervol ontslagen is. Hij werd opgevolgd door meester Kuijs. Meester Kuijs blijft zeven jaar (1947-1954) en vertrok naar Vogelenzang. Met hem staat ze in 1947 met de hele klas op de foto voor de school. Op 1 juli 1954 was Krijntje 12% jaar aan de school ver bonden en dat werd gevierd. In dateelfde jaar werd ook feestelijk de nieuwe school in gebruik genomen. In 1954 kwam Gijsbert Snoeij (1954-1957). Die vertrok naar Beverwijk en werd opgevolgd door Wim Albers (1957 1983). Verhaaltjes uit haar tijd als juffrouw 'Ik ben in 1941 begonnen met een traktement van f 65,- per maand. Dat was een mooi inkomen voor een jonge vrouw als ik. We hadden een rustige en gemoedelijke school. Het gebeurde nogal eens dat kleine kinderen die nog niet op school zaten hand in hand met zusje of broer tje binnenkwamen. Die mochten dan blijven. Het ge beurde wel dat hun moeder nergens van wist. Dan was er grote ongerustheid. Vanuit het schoolhuis kon je op de schoolzolder komen. Daarin zat boven in mijn lokaal een groot metalen rooster. Ik weet niet waarvoor dat diende, misschien voor frisse lucht? Als het Sinterklaas was strooide een jongen van de hoogste klas pepernoten door het rooster. Wat een verrassing was dat iedere keer. De oudere leerlingen werd bezworen om het geheim te be waren. Alle kinderen kregen een cadeautje. Die werden gekocht door meester Keijser. Hij vond het normaal dat ik dat ook voor mijn kinderen zou doen. Aan ondermees ter Pieterse moesten de ouders die presentjes betalen. Het was later de gewoonte om de school op z'n kop te zetten. Meester Albers verspreidde alle schriften op de grond. De tafeltjes lagen om en dan kreeg Zwarte Piet de schuld daarvan. In de oorlog hadden de Duitsers een fietsenrazzia. Ook op school werden de fietsen meegeno men. Die stonden in een schuurtje dat aan een kant open was en 'de gym' werd genoemd. Mijn fiets was de enige die gespaard bleef. Die stond in de schoolgang. We heb ben daarna mijn fiets op het platte dak boven de gang ge legd en daar heeft hij de rest van de oorlog gelegen. En ik ging al die tijd lopend naar school op een soort hoge he renschoenen. In school droeg ik pantoffels. Daaronder waren nagels geslagen opdat ze niet zouden slijten. 30 Historische Vereniging Texel Nummer 118, maart 2016

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2016 | | pagina 32