fiXiwvM-
VT) U^Jce^ x
s r
s s
6yt/Cvvw^
\^c /yv^t4**s\yL
VcJttsr. \a~l
VX^Vv CLL*>V* TV UwL
/V
-Vs^JL. ^<*-4
Op de Hoge Berg, Texel
.bilAjc <y~fJc XiU Utw
kid trxtLbU, l^tbdi Xl* *y£. (fir L
-Lir?\ Wc2 U- t VV ^^Cvvtia
(X.tX' '-* V* «t*r* Vy. iAv
TvtX Lu^r«-tvvvu A U-^-UfcV»-w J
fas£s n>* iX* I ITm- J tL+^- p 4| WW
<lrtr£t-v liuu^t> rVH^*^
£v» V Q (AXv C-~v £v>* tftX-tXrv
Hoc Avt^if -fc, Le^j 4W ~k^L
\^>&s\ Q\jcX- CM.'jL C^U<0-€us>X
HsVX ~\r^>X "VJ^
ECHTE FOTO
7762
o
2? C
O)
ro
d)
CO
O)
J r-Wrr j
1264
Elke dag om 6 uur's morgens begon er iemand door de
ziekenhuisradio iets om te roepen. Het bleek een och-
tendmis te zijn, begreep ik later. Veel onduidelijk gezang.
Ik herinner me alleen nog het 'Wees gegroet Maria' dat
wel dertig keer achter elkaar werd opgezegd. Ik telde de
keren en kende het op een gegeven moment ook uit m'n
hoofd.
En toen werd het vrijdag. Er kwam een soort Sinterklaas
binnen met een mijter op. Toch wel spannend hoor, zo'n
vreemd ziekenhuis. Hij zwaaide met een kwast met wa
ter terwijl hij tussen onze bedden doorliep. Ik bukte nog,
maar had wel de spetters op m'n bril. Daarna werden
onze bedden een voor een weggereden. Ik snapte niet
waarvoor. Toen een non aan mijn bed begon te trekken,
vroeg ik wat er ging gebeuren. Biechten! Zo die zat.
Maar ik ben niet Katholiek', sputterde ik nog tegen.
'Niks mee te maken', was het en ik werd in m'n bed naar
de pastoor gereden die verderop in een kamertje zat te
wachten. De beste man ging toch maar eens in een boek
kijken hoe het nou zat met dat 'niet-Katholiek zijn' van
me. Er werd een non bijgehaald en ze fluisteren wat met
elkaar. Ik mocht weer weg naar de zaal!
Na een week werd ik op een ochtend plotseling weer
naar de operatiezaal gebracht. Ik wist van niks. M'n an-
dere voet moest ook nog onder het mes. Dat was schrik-
ken! Zonder een woord werd ik met m'n bed bij een ope-
ratieplek geparkeerd ergens in het ziekenhuis. A1 een
tijdje lag ik daar in m'n eentje te wachten, toen er opeens
een non aankwam met zo'n grote kap en die stopte bij
me. Ik schrok al, maar ze was heel lief voor me. Ze streek
door m'n haar, prevelde een 'wees gegroetje' en stelde
me verder gerust. Zo waren ze dus ook.
In de drie weken dat ik daar lag, kreeg ik weinig bezoek.
M'n ouders hadden een drukke zaak en het was 'seizoen'.
Dat was de drukste periode van het jaar omdat er veel
toeristen op het eiland waren. M'n vader en moeder en
broer Theo zijn een keertje op bezoek geweest. Ouders die
elke dag op bezoek kwamen op de afdeling vonden me
erg zielig, omdat ik bijna nooit iemand op bezoek kreeg.
Ik snapte het wel en vond het niet erg. Soms kreeg ik an-
deren op bezoek, zoals dominee Froentjes. Dat was de
dominee van onze Hervormde kerk. Hij zat wat te zagen
aan m'n bed over de zondagsschool en dat ik er weer
heen moest als ik thuis was. Ook kwam meneer Koorn,
van de fanfare, een keer langs bij me. Leuke en aardige
man. Hij was een kennis van m'n ouders. Hij had lekkere
appels voor me meegenomen.'Eet er maar gelijk eentje
op' zei hij 'en de rest verstoppen we in je kastje'. Hij was
op de hoogte van het feit dat je alles moest inleveren op
de kinderafdeling. Die aangeboden appel heb ik lekker
op gepeuzeld, maar na het bezoek kwam er een boze non
naar me toe. Waar heb je je appels.' Ze had alles gezien.
De papieren zak met appels stond achter een vol geplaste
fles. Met een flinke ruk haalde ze de zak met appels er
uit. De voile fles viel om en een flinke scheut ging over
de zak met appels.
Naast me lag een jongen die er al een maand of twee lag.
Hij had, heel bijzonder toen, al een transistor radio. Elke
Nummer I l 7, december 2015
Historische Vereniging Texel
93
7--V.t V-£-S"-T.'