Onder De Dennen, mid - en eind jaren 50 van de vorige eeuw Pieter Gerrit Pranger joodse voornaam Avraham Vanafhet Gerritslanderdijkje Hep een zandpad langs de dennenrand richting De Koog. Dat pad droeg de naam Tempeliersweg, maar dat wist toen eigenlijk niemand bij ons thuis. Ik was een jochie van een jaar ofvijf, geboren in 1951en nergens stond toen een bordje met de naam van het pad. Eind lagere school leerde ik de betekenis van die mam. Ons adres was gewoon De Dennen K96. Naast het zandpad lag achter de eerste rij bomen het fietspaadje, een smal spoor vol dennennaalden. Daarover ging ik met defiets naar de CVO-school in Den Burg. Mijn zus Jannie, 7 jaar ouder, ging naar de HBS. De oorlog was al weer een jaar of tien geleden. Alleen de bunkers in het bos, de vele verhalen en het trauma waren ervan over. Het huisje waarin ik leefde met mijn ouders en oudere zus- mijn twee oudere broers waren eigenlijk al het huis uit- staat tussen Gerritsland en de Bremakker. Het is nu aanzienlijk herbouwd, maar heeft ongeveer nog wel zijn oorspronkelijke vorm aan de buitenkant. Van binnen la- gen de keuken, de woonkamer en de in tweeen gedeelde slaapkamer simpel in elkaars verlengde. Je moest buite- nom naar het aangebouwde toilet. Dat had al wel een toi- letpot, maar deze werd doorgespoeld met water uit de emmer. Achter de keuken was een dicht afdak dat als koeienstal voor ongeveer drie beesten had gediend. Vandaar kwam je in een dicht afdak waar de wasmachine stond; zo'n houten teil met een draaiende arm erin en een wringer en elektramotortje aan de buitenkant. Verder was daar het gereedschap en de fietsen. Dit gedeelte lag achter de kamer. Daarachter, achter de slaapkamer, was het varkenskot met daarnaast een aangebouwde kelder die een kleine meter boven de grond uitstak. Nummer 117, december 2015 In mijn tijd waren de koeien en het varken al vertrokken. Deze hele schuurruimte werd in het voorjaar grondig schoongemaakt om er te leven. Want met de vakantietijd werd het woongedeelte verhuurd, hoe klein het ook alle- maal was! Die wasmachine heeft al verraden dat inmiddels elektra in het huisje was aangelegd. Maar ik kan me herinneren dat op zolder nog de gaslampen lagen van de verlichting van voor die tijd. De komst van de waterleiding staat me nog levendig voor de geest. De kraan kwam naast de pomp in de keuken. Al gauw bleek die pomp volledig overbodig en ging weg. De pomp buiten deed nog heel lang dienst, al was het alleen maar om de laarzen af te spoelen. Mijn vader had namelijk ook bollenteelt: narcis- sen, tulpen en crocussen. Dan kwam je wel eens onder het zand van het land. Vlak voor de buitendeur zat ook een put. Daar haalde mijn moeder wel water uit met een Historische Vereniging Texel

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2015 | | pagina 87