mogelijk was en het 'ken makkelijk' lag voor in zijn mond. Hoe dacht Zuidewind die auto op de boot te krijgen? Zuidewind dook het ruim in en kwam tevoorschijn met twee planken, beide van ongeveer de breedte van de au- tobanden. Als je die twee planken in een van de looppa- den zet met de andere kant tegen de bovenrand van de kademuur, dan moet met enig beleid de auto over die twee planken op het sluitdak van het ruim van de boot kunnen komen. Hij moest dan wel niet te hard rijden, ui- teraard, want het dak helde naar weerskanten en het ge- vaar was niet denkbeeldig dat hij bij iets te grote snelheid aan de andere kant van de schuit er weer af zou rijden en in de haven terecht zou komen. Daar moet je niet aan denken; weg zou de auto van Aart zijn. Ken makkelijk? Moeder en kinderen kwamen uit de auto en mochten vanaf de kant toezien. Vader aan het stuur en onder toe- ziend en vaak luidruchtig commentaar van Zuidewind en zijn knecht reed hij de wagen naar de twee planken. Die moesten nog een beetje verschoven worden en daarop kon de afdaling beginnen. Het lukte! De wagen kwam zonder ongelukken op het dak van het ruim en daarna, onder luid geschreeuw van stop, STOP, STOP- PEN lukte het om de auto precies op tijd tot stilstand te brengen. De wielen stonden in de twee looppaden zoals het moest. Wel hingen aan weerskanten de voor en ach- terkant van de auto boven het water, maar dat kon niet anders en hij stond op de boot en dat was het belangrijk- ste. De remmen moesten wel goed vastgezet worden. Niet veel later kon de vaart naar Texel beginnen. Van die tocht kan ik me weinig herinneren; kennelijk was het vrij rustig weer. Ruim een uur later voeren we de haven van Oudeschild binnen. Met enige zorg zagen we daar de Texelse kademuur; die leek wel hoger dan die in Den Helder. Of was het intus- sen lager tij geworden? "Komen we hier nog wel van de boot af, Zuidewind?" Het intussen traditioneel geworden antwoord: "ken makkelijk De planken kwamen weer tevoorschijn en werden zo goed mogelijk op het looppad van de boot en tegen de bovenkant van de kademuur ge- zet en daarop kwam het grote probleem: hoe rij je van je boot af, omhoog, de kade op. Vader aan het stuur en met een daverend brullende motor werd geprobeerd tegen die planken op te rijden. Zuidewind en de knecht hielpen met het omhoog duwen. En waarachtig! Het lukte, afge- zien van het feit dat een van de planken, op het moment dat de auto op de kade kwam, een laatste zet kreeg hij met een grote boog in het water van de haven terecht- kwam. Daar werd hij weer keurig uit opgevist. Missie ge- slaagd. Wij terug naar Den Hoorn. Toen kwam een ouderlijk bevel: Vader droeg mij op om hier met niemand over te praten; vooral Aart Slegh mocht het niet horen. Misschien hadden we zijn auto nog een keer nodig en als hij dit verhaal zou horen, dan zou hij wel zeer aarzelen om hem weer aan ons te verhuren. Gehoorzaam als ik ben, heb ik me aan dit gebod gehou- den maar ik denk dat het nu, 82 jaar later, wel toegestaan is de geschiedenis wereldkundig te maken. Dat ken nou toch wel makkelijk. We mis ten de laatste boot. Oude-Schild. Texel. /Aankomsf 6

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2015 | | pagina 59