Nummer 117, december 2015
Historische Vereniging Texel
Wei lekker aan een biertje op een bruiloft.
je in een soort sluis bij de ingang wachten. Met veel men-
sen, in de open lucht en wachten tot de deuren open gin-
gen. En prompt tien minuten voor tijd kwam de taxi
daarlangs met twee blonde dames. De portier deed de
slagboom open en zij zaten al op de zaal als wij binnen
kwamen. Het waren die twee snollen, zo noemden wij
ze. Mien, de vrouw van Haring Arie en hun dochter. Ze
hadden hun haar op zolder. Mijn vader en moeder kon-
den er zich op het eind van hun leven nog verschrikkelijk
over opwinden. Willem vond het alleen maar verschrik
kelijk dat hij ook die vrouwen nooit gezien heeft!
Ik weet nog wel dat ik niks durfde te zeggen tegen
Haring Arie; schijtbenauwd dat hij of een van die vrou
wen een verhaal tegen me zou afsteken. Ik was zulk soort
babbels niet gewend als plattelandsjongen!
Ze mochten Willem daar graag in Amsterdam. Er kwam
zelfs later een halfbloed zustertje, zuster Hilberink, bij
ons op bezoek op Oost.
Uiteindelijk zijn alle oog operaties bij Willem mislukt en
had hij een blind oog. Na vijfentwintig jaar werd zijn oog
er alsnog uitgehaald en kreeg hij een glazen oog in
Groningen.
Blonde Mien.
Gemaakt door een goeie Duitser, zei hij altijd. En tot het
eind van zijn leven kon hij weer dubbel liggen over zijn
belevenissen in het Wilhelmina Gasthuis. En ik ook!