Op't strand reed opa dan richting de Slufter. Vaak gin-
gen we de heenweg langs de waterlijn en terug wat ho-
ger langs. Onderweg kwamen we dan langs de bunkers
die daar half in het strand weggezakt lagen. We moesten
altijd goed om ons heen kijken of we dingen op't strand
zagen liggen, maar ook of er wat in het water dreef.
Vooral hout, drijvers, viskisten en veiligheidshelmen zag
je veel. Die viskisten waren interessant, want daarop
staat altijd een naam van een visafslag. Zo vonden we
viskisten van alle landen om de Noordzee, van
Noorwegen tot Frankrijk! Als we wat zagen liggen, ga-
ven we altijd grote brullen naar opa en stonden dan en-
thousiast te wijzen naar de plek waar we wat gezien had-
den. Waren we daar aangekomen, dan sprongen we snel
de bak uit om het te pakken.
Toen we al iets ouder waren, zaten we op't strand vaak
niet meer in't bakkie, maar stonden we achterop, met de
voeten bij de hefvorken, dan konden we sneller van de
bak af springen om iets te pakken. We zetten dan nog
wel eens onze voeten in't zand en sleepten zo achter de
trekker aan. Dat ging natuurlijk niet altijd goed en er viel
er nog wel eens een met z'n neus in't zand! Dan moest
de ander opa waarschuwen dat ie stoppen moest. Maar
opa z'n gehoor was toen al niet meer wat het geweest
was en door het geluid van die ouwe David Brown werd
dat niet beter.
Zodoende kon het gebeuren dat je een aardig eindje ach
ter de trekker aan rende voor opa door had dat ie geroe-
pen werd!
14
Historische Vereniging Texel
Nummer 1 1 7, december 2015