m De Koog, Jan Toorop, 1917 (Rijksprentenkabinet RP-T-1960-44) 7.3 Toerisme F.W. van Eeden schreef in 1867: Wij wandelen door het dorpje Koog, welks armelijke, vervallen huisjes zoo natuurlijk aan de physionomie der bane duinen beantwoorden en ons op- nieuw overtuigen dat er een geheimvol, maar onvermijdelijk verband bestaat tussen den mensch en zijne woonstreek.25 Oei, dat is geen vleiende beschrijving. Jan Toorop laat 50 jaar later een lieflijker licht schijnen over De Koog. De komst van het toerisme begon voorzichtig en klein- schalig met enkele hotels en pensions in De Koog. De la tere verveelvoudiging van de bebouwing in en nabij De Koog verdiende geen schoonheidsprijs en vormde aanlei- ding om in het kader van IABR-Projectatelier Planet Texel 2014 een nieuw vergezicht op De Koog te schetsen, samen met Stichting Duindorp De Koog. Daarin wordt een stevige aanzet gegeven tot kwaliteitsverbetering van het aanzicht van het dorp en het aangrenzend land- schap.26 Het toerisme zorgde voor een afname van de opper- vlakte en de kwaliteit van natuurlijke biotopen in de dui nen. Het open landschap in de aangrenzende polders transformeerde door massale recreatieve bebouwing om- geven door schaamgroen in een Centerparc-achtig con- glomeraat. De over het eiland verspreide recreatieparkjes en andere geclusterde bebouwing suggereren nu dat Texel vele buurtschappen rijk is. 25 Van Eeden, p 218 26 Planet Texel 7.4 De transformatie van's Heeren wildernisse in Nationaal Park Een groot gedeelte van de duinen en de Mientgronden werd in de 2e helft van de 19e eeuw ontwaterd en in cul- tuur gebracht voor land- en bosbouw. Het in eerste in- stantie als productiebos aangeplante naaldhout is nu gro- tendeels omgevormd tot gemengd bos met een natuur- en recreatiedoelstelling en een ondergeschikte productie- functie. De huidige agrarische bedri jvigheid in de duinen (maaien en beweiden) wordt nu ingezet voor optimalisa- tie van natuurwaarden. «v«M> Duinontginning met behulp van ossen. Ook bij de ontginning van Eierland werden ossen ingezet. Ze zoaren sterker en trager dan paarden, maar als de ossen wilden herkauwen, bleven ze staan en umchtte het werk tot ze weer in beweging kwamen. 18 Historische Vereniging Texel Nummer 116, September 2015

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2015 | | pagina 20