De zaak Ten Bern
Op zes September 1728 schrijft Pieter Meijersz Boon, ouderling aan De Waal, een brief aan de Classis in Alkmaar met het verzoek
om deze en een bijgaande notariele attestatie op de aanstaande vergadering voor te laten lezen. Het gaat over de 33-jarige predi-
kant van De Waal, Cornelis ten Bern1. Het betreft een ernstige zaak:
Getrouwe Herderen en seer geliefde Broederen in den
f lee re, de kerkelijke of klassikale vergaderinge birtnen de
stadt Alkmaar.
De kerkenraadt van den dorpe de Waal op den eijlande
Texel geven met veel respekt te kennen, dat hare leeraar
Cornelis ten Bern gedurigh continueert een schandelijk
en goddeloos leven te leggen insonderheijdt met sijn
dienstmaagt binnen zijn huijs, als uijt dese nevensgaande
attestatie js blijkende, waar van het laaste geval js ge-
schiet op saterdag den 21 augustus waar op kerkenraad
den 212 zijnde sondag smorgens malkander gesproken
hebbende zijn geresolveerdt den dominij Corn, ten Bern
door de koster te laten aanseggen desen dagh geen pre-
dikdienst te doen, als oordeelende dat het ten hoogsten
lasterlijk Ja gruwelijk souden zijn dat soo een man die ge
durigh jn soo een ergerlijk en goddeloos leven komt
voort te gaan het woort des Heeren soude spreken.
Gemelde kerkenraad heeft van den domenij tot antwoort
bekomen, de menschen hebben geen ongelijk. Jk soude
ook niet veel jn staadt zijn om te preken wegens ontstel-
tenis. De domenij js daar op den volgende dingesdagh
van het eijlandt vertrokken sonder jmandt van kerken
raadt te spreken en onthoudt hem tot nogh toe buijten el
ders aan de vaste kust3 soo dat kerkenraad aan zijn huijs
door de koster heeft laten seggen dat hem bij provisie
den predikdienst verboden blijft. Wij senden hier mede
de koster van onse plaats omdat jk een lange siekte heb
gehadt en nogh niet jn staadt om te reijsen en mijn mede
ouderlingh een oud man en ook seer swakkelijk, om al-
soo wij van gedagten zijn dat de E Classis op de naaste
vergadering ons nevens de domenij wel suit willen hoo-
ren soo hoopen wij onder des heeren segen tegen die tijdt
weder jn staat te sullen zijn en versoeken dat de E Classis
nu geliefden te ordoneren hoe dat gemelde kerkenraad jn
de tussen tijdt van dese en de naastvolgende Classis on-
trent den predikdienst op onse plaats sullen hebben te
gedragen. Moet afbreken alsoo de tijdt verloopen js en
wij niet eerder als gisteravond kennis hebben gehadt dat
vergadering van Classis nu soude zijn. Blijve na toewen-
singh van alle segeningen, liefde en vrede in uw vergade
ringe uw Djienst] Wjillige] Dfienaar] en mede broeder jn
den Heere, ouderling aan de Waal op Texel, Pieter
Meijersz Boon
Per ordere de verdere
Kerkenraad
Waal op Texel
Den 6 September 1728
Er is grote haast met deze brief, dat valt te lezen. De at
testatie die is bijgevoegd, is op 3 September door notaris
Brouwer in Den Burg in het bijzijn van Jacob Smit en
Frans Reijndersz als getuigen opgenomen. Verschenen
zijn:
De Eerzame Jacob Albertsz oud 55 Jaren, de Ee[r]bare
Maartie Jans, huijsvrouw van Zimon Jacobsz Petten oud
32 Jaren ende Jantie Jacobs, huijsvrou van Frans
Reijndertsz oud 27 Jaren alle wonende aan de Waal op
desen Eijlande mij Notaris bekent.
De welke verklaarden, ter requisitie en versoeke van de
Eerwaarde kerkeraad der gereformeerde gemeente van
de Waal op Texel met ware woorden in plaatse van Eede
waaragtig te zijn, ende eerstelijk verklaren de twee eerste
deposanten, dat de selve in het begin van de maand juni
dezes loopenden Jaars 1728 sonder in den precisen dag te
willen bepaald zijn, ontrend het huijs van den H:
Cornelis Tenben4 leeraar der gereformeerde gemeente
aant voorn. dorp de Waal, wanneer de selve hoorden int
vernoemde huijs een groot rumoer ende t selve nade-
rende bevonden, dat den gemelten Do Tenben, een mes
in de hand hadde, en zijn dienstmaagd vervolgde tot aan
de buijtenduer toe. Wanneer sij deposanten sagen dat ge-
melte domene sneed na zijn gemelte dienstmaagd, waar
op de dienstmaagd haar toevlugt nam tot de buuren en
quam in t huijs van Hendrikie Jans naast het huijs van Do
Tenben, alwaar dese dienstmaagd klaagde, in presentie
van de drie gemelte deposanten, dat zulks onkort (on-
langs) meer was gebuert, ende vertoonde aan haar depo
santen, de tekenen hoe dat den domene haar hadde ge-
sneden aan haar hals en dat was soo sij seijde geschiet
enige dagen voor pinxteren.
Verders compareerde mede voor mij notarij en getuijgen,
de eerbare Grietie Hendriks huijsvrou van SJeigneur]
Jacob Potter oud 60 Jaren Aafie Zimons huijsvrou
Meester Jacob Smit oud 33 Jaren als mede Diewertie
Cornelis huijsvrou van de schepenmeester Willem Boon
oud 40 Jaren ende Jantie Cornelis oud 26 Jaren mij notarij
mede bekent.
Dewelke verklaarden ten versoeke als voren waragtig te
zijn, ende eerstelijk verklaart de twede deposante Aafie
Zimons, dat de selve geweest is in het begin van de
maand maij deses lopendes Jaars, sonder den preciese
dag te hebben onthouden, op het kerkoff ontrent het
huijs van den meergemelten Domene, wanneer sij depo
sante hoorde dat de dienstmaagd aan de zijde van het
1 Geboren 31 oktober 1694 in Landsmeer als zoon van notaris
Barent (Bernardus) ten Bern en Risja Keetman.
2 Moet zijn 22.
3 Een vroege vorm van de uitdrukking 'aan de vaste wal'?
4 De notaris schrijft consequent Tenben.
Nummer J 15, juni 2015
Historische Vereniging Texel
19