recht was. Het andere eind van het hout was voorzien
van een Z-vormige las met twee metalen spijkers.2 Het
hout was sterk uitgedroogd en vertoonde geen restanten
van spinthout.3
De afwezigheid van spinthout en het feit dat de kern be-
waard was gebleven tijdens het vormen van het hout
suggereert dat de scheepsbouwer een zo stevig mogelijk
stuk scheepshout wou vormen. Het kernhout van een
boom, het hout vlak rond de kern, is veel steviger en re-
sistenter dan het zachter, saprijk hout aan de buitenzijde
van de boomstam.4 5 De meeste verbindingen bestonden
uit houten pennen, ze werden langs de gehele lengte van
het hout gevonden.6 De pennen hadden een diameter
van 2,5 tot 3 cm, waren vastgezet met een enkele deuvel
en perforeerden het hout. De deuvels waren ingebracht
vanaf de onderzijde van het hout (ervan uit gaande dat
de buitenboord of de bodem van het hout de convexe
zijde was, en de binnenboord of bovenkant de concave
zijde). Hoewel geen duidelijke en regelmatige afstanden
werden vastgesteld tussen de pennen, vertoonden ze wel
een "zig-zag" patroon. Hierbij bevond de ene pen zich
dichter bij de ene zijde, de volgende dichter bij de tegen-
overstaande zijde, de derde bevond zich dan weer dich
ter bij de eerste zijde en zo verder. Ook werden metalen
verbindingen vastgesteld: aan het gebogen einde waren
drie omgeplooide spijkers, waarbij een spijker het hout
doorboorde. Verder werden verscheidene houten penga-
ten geconstateerd met diameters tussen 1,5 en 2 centime
ter. Deze pengaten hadden vaak ijzerconcretie om de
buitenrand (Fig. 1).
Pengat met ijzerconcretie aan de rand (Cattrysse Logan, 2012)
Het zig-zag patroon van de houten pennen werd door
middel van niet-perforerende ijzeren spijkers herhaald
aan de buitenboordzijde van het hout. De doorsnede van
het hout vertoont een afgeschuinde vorm aan de buiten
boordzijde met aan het einde bij de las een scherpere af-
schuining dan aan het gebogen einde. Hoewel de af-
schuining bij doorsnede A (zie houttekening) er uitziet
alsof het zo gehouwen was door de scheepsbouwer, sug
gereert doorsnede B een andere mogelijke oorzaak van
de afschuining. De vorm van het hout kan de oorzaak
zijn geweest van het uitdrogen van het hout. Bij uitdro-
ging buigt het hout weg van de kern omdat de zachtere
buitenste cellen van het hout gemakkelijker meegeven
dan de cellen van het hardere kernhout. Dit komt door
een drukverschil.7
Het gebogen uiteinde van het hout vertoonde een rechte
afwerking en deed denken aan een stootvoeg.8 De andere
zijde werd voorzien van een Z-vormige las (Fig. 2) met
een lengte van een meter veertig, daarbij ontbrak iedere
vorm van vergrendeling.
De Z-vormige las (Cattrysse Logan, 2012)
Verder werden nog verschillende inkepingen vastgesteld
op de binnenboordzijde van het hout, aan het gebogen
einde. Deze inkepingen vertoonden een ruw afgewerkt
diamantvormig patroon (Fig. 3).
3 Spinthout, ook wel "jong hout"genoemd, is de buitenste lag
van een boomstam, het verste weg van de kern.
4 Kernhout bevindt zich rond de kern in een boom en is om-
ringd door saprijk, jonger hout. Kernhout is resistent tegen
water en wordt daarom voor scheepsbouw gebruikt.
5 {The use ofresinous heartwoodensured that boats were as
light as possible, and prevented them from being saturated
with water"(Godal 1995, p 271)
6 Een houten pen is een houten spijker, die gebruikt is als ver-
bindingsmiddel. De pennen werden in een gat, gemaakt in het
hout, ingebracht en werden dan soms verzekerd door een wig
of door een of meerdere kleine stukjes hout in de houten pen
te slaan.
7 "Pressure differences between young wood and trunk wood
are evident when cleaving. The two halves of a log will there
fore warp away from the pith." (Godal 1995, p 274)
8 Een stootvoeg is een eenvoudige verbinding tussen twee stuk-
ken hout, waarvan de uiteinden loodrecht op de lengte zijn ge-
sneden (Steffy, 1994, p 268)
Nummer 115, juni 2015
Historische Vereniging Texel