Diergeneeskunde op Texel vanaf 1933, deel 2 Het eerste deel was vooral gewijd aan de dierenartsen Jan Willem Roeloffs en Eliza Noordijk, de neef- oomzegger van Roeloffs. Roeloffs was de grondlegger van de dierenartsenpraktijk op Texel. Daarnaast was hij maatschappelijk zeer actief. Noordijk was de man die Texel vrij maakte van de ook voor mensen zo gevaarlijke runder-tuberculose. Daarnaast verdween onder zijn bezielende leiding de Brucella abortus bacterie, eveneens een kiem die bij mensen ernstige ziekteverschijnselen kan veroorzaken. Noordijk zorgde voor de bouw van een noodslachtplaats en legde de basis voor een vleeskeuringsdienst op Texel. Ook verrichtte hij, net als zijn oom, veel werk voor de Texelse gemeenschap. Deze aflevering, deel twee, is een beschrijving van de ontwikkeling van de Texelse dierenartsenpraktijk tussen 1933 en 1980 met nadrukkelijke aandacht voor de praktiserende dierenartsen die hierin actief waren. De veranderingen in de agrarische sector en de gevolgen daarvan voor de praktijk komen aan bod evenals de gezelschaps- dierenpraktijk die steeds belangrijker wordt. Het hierna te verschijnen deel 3 verhaalt over de jongste geschiedenis van de dieren artsenpraktijk. De enorme reductie van het aantal veehouders, de verschuiving van het werk in de landbouwhuisdieren (rundvee, schapen) naar de gezelschapsdieren (honden, katten, paarden) en de stichting van een modern praktijkgebouw. De Veterinair-Hygienische Dienst Texel stond in de jaren '60 van de vorige eeuw af en toe flink in de belangstelling door de uitbraak van een aantal zoonosen (zie voor uitleg van dit begrip het begin van het hoofdstuk "E. Noordijk".) In September 1962 deed zich in Amsterdam een geval van rabies (hondsdolheid) voor waarbij een jongetje van drie jaar een dodelijke besmetting opliep door een beet van een besmette hond. Overal in het land en ook op Texel werd actie ondemomen. Samen met burgemeester De Koning kondigde Vroegindeweij de volgende maatregelen af TESO mocht tot nader order vanaf Den Helder geen honden en katten meer vervoeren naar Texel Op Texel werd een opvang ingericht voor het onder- brengen van van rabies verdachte dieren. De Rijkspolitie op Texel werd uitgerust met vangstok- ken om loslopende honden en/of verdachte dieren te kunnen vangen. De Rijksoverheid zette begin 1963 (Elfstedenwinter) een vaccinatiecampagne op touw. Er werd naar gestreefd om alle Nederlandse honden en zo veel mogelijk katten te vaccineren tegen rabies. Bert Vroegindeweij ging dit op Texel regelen. Hier werden op minstens tien plaatsen zit- tingen gehouden waar Texelaars hun dieren konden la- ten enten tegen de gevreesde hondsdolheid. De enting was gratis en werd uitgevoerd door practicus Henk de Boer van de Veterinair-Hygienische Dienst Texel onder leiding van Vroegindeweij. De barre weersom- standigheden in die winter vorm- den een extra com- plicatie bij het uit- voeren van deze campagne. WAARSCHUWING Mede in verband met het onlangs op- treden van miltvuur op Texel worden allc veehouders crop gewezen, dat het uiterst gevaarljjk kan zijn, om zonder uitdrukkelijke toestemming van een dierenarts bij stervende of gestorven dieren „dc hals af te snijden". Bij gestorven dieren is dit trouwens zinloos, aangezien dan geen uithloeding van betekenis meer plaats heeft. L. K. Vroegindeweij Ook spectaculair was een geval van miltvuur bij een rund, waarschijnlijk veroorzaakt door het ergens in een weiland aan de oppervlakte komen van een ooit aan miltvuur gestorven en begraven kadaver.1 In diezelfde tijd werd er bij een inwoonster van Texel de diagnose cysticercose (taeniasis) gesteld: een lintworm- besmetting ten gevolge van het eten van waarschijnlijk onvoldoende verhit vlees van een besmet rund.2 Vroegindeweij bekleedde zijn functie tot 1 mei 1967 en vertrok toen naar Meppel waar hij hoofd van de gemeen- telijke vleeskeuringsdienst werd, met als belangrijkste taak het toezicht op de varkens-exportslachterij Murris Meppel B.V. H.H.J. Frederiks In 1933 kwam Harm Hendrik Jan (Henno) Frederiks Blokzijl 4-5-1905 -1 Epe 8-6-1993) naar Texel. Frederiks was opgegroeid in Blokzijl en bezocht van daaruit de 5 jarige HBS in Zwolle. Een moeizaam verhaal, hij deed er 10 jaar over, om eindelijk in 1927 z'n diploma te behalen. Hij zat in de klas met de latere kardinaal Alfrink. Frederiks ging diergeneeskunde studeren, ontving op 23 juni 1933 de dierenarts-bul en kreeg op Texel z'n eerste werkplek. Hij trouwde met Rika Offerman Blerick 21- 08-1905 - t Apeldoorn 19-09-1982), een verpleegster die hij in Utrecht ontmoette. Zij kregen 3 kinderen. 1 Miltvuur, ook wel anthrax genaamd, wordt verzaakt door de bacterie Bacillus anthracis. Het is een ziekte die zowel bij mens als dier voorkomt waarbij mensen besmet kunnen worden door met miltvuur besmette zieke of dode dieren. Miltvuurbacterien hebben het vermogen tot sporenvorming: ze gaan over in een in- actieve vorm (spore) en kunnen in deze rusttoestand decennia lang overleven en weer actief worden als de omstandigheden zich daarvoor lenen (hoge temperaturen en hoge luchtvochtigheid). Miltvuur behoorde tot de tien plagen van Egypte. Bij mensen kan een besmetting leiden tot verschillende ziektebeelden de huid- vorm, de longvorm "wolsorteerdersziekte" en een systemische vorm (bloedvergiftiging). Toen er nog geen antibiotica waren, leidde een miltvuurbesmetting in veel gevallen tot de dood van de patient. Tegenwoordig komt miltvuur nauwelijks meer voor. 2 Die lintworm, de Taenia saginata, heeft het rund als "tussen- gastheer". Bij opname van lintwormeieren via het voer (wat dus besmet moet zijn met menselijke uitwerpselen die lintwormeieren bevatten!), ontwikkelen zich bij het rund zgn. blaaswormen in spieren (vooral kauwspieren), longen en lever. Die blaasworm be- vat infectieuze larven. Bij het eten van rundvlees dat onvoldoende verhit is, kunnen zulke larven overleven en zo de consument be- smetten. De larve groeit in de darm van de besmette persoon uit tot een volwassen lintworm die tussen de 4 en 10 meter lang kan worden (met uitschieters naar 22 meter!). Die lintworm scheidt voortdurend eieren uit die weer voor besmetting kunnen zorgen. 20 Historische Vereniging Texel Nummer 1 13, december 2014

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2014 | | pagina 22