het waddengebied. De kaap had een ijzeren scherm en een ronde rieten bol. In 1853 werd op de Robbebol ofwel de noordwestpunt van de Vliehors een kaap opgericht om de scheepvaart te waarschuwen voor de ondiepten. Deze werd omschreven als een ovaal scherm of raam van ijzeren ribben, overkruis dubbel gesteld, met een front naar NW en NO aan een geschoorden ijzeren koning, alles zwart geschilderd. De omschrijving past goed bij het model, zodat Jansen vermoedelijk de ontwerper van kaap Robbebol is geweest. Deze kaap Robbebol is in 1913 omgevallen en niet weer opgericht. Een foto of afbeel- ding van de kaap op locatie is nog niet teruggevonden. Een nieuw ontwerp van Harder Ondertussen was Quirijn Harder (1801-1880) bij de Dienst van het Loodswezen als bouwkundige aangesteld. Hij was van klerk opgeklommen tot tekenaar eerste klasse van de Rijkswerf in Vlissingen. Harder was in En- geland geweest en was overtuigd geraakt van de voorde- len van gietijzer. Hij geniet bekendheid als de ontwerper van veel gietijzeren vuurtorens, lichtopstanden en kapen zowel in Nederland als in Nederlands-Indie. Veel van deze torens worden nu na anderhalf eeuw nog altijd voor hun eerste functie gebruikt. In 1854 was de houten Oostkaap aan vernieuwing toe. De Nederlandsche Staatscourant van 2 april meldde dat op 17 mei 1854 de aanbiedingen binnen moesten zijn bij het departement van Marine in Den Haag, waar ook de tekeningen van het uit te voeren werk ter inzage lagen. De tekeningen werden helaas niet in een archief terugge vonden. Een volgende advertentie van 29 april kondigde aan dat de kaap eerdaags vervangen werd en dat na het omleggen van de oude kaap binnen vier dagen de ko ning en de schoren moesten staan, maar de nieuwe kaap kwam er vooreerst niet. Het departement was tot andere gedachten gekomen, want in oktober 1854 tekende de pas aangestelde bouwkundige Harder een gietijzeren kaap van vier verdiepingen samen 20,5 m hoog op hard- stenen voetstukken. De vier verdiepingen bestonden uit zes halve jukken onderling verbonden door een gegoten koppelstuk. Met buitenringen en diverse trekstangen werd de constructie versterkt. Deze bouwwijze geeft een Eiffeltoreneffect, maar die toren kwam pas in 1889 ge- reed. In de bovenste verdieping was een op het zuidoos- ten gericht vijfhoekig houten scherm gepland. De Nederlandsche Staatscourant van 11 november kon digde de aanbesteding op 30 november 1854 van de bouw van de ijzeren kaap aan. De bestaande houten kaap moest bij dit werk worden afgebroken. Een vol gende advertentie op 13 december meldde dat gelet op het jaargetijde de kaap pas in 1855 kon worden opgesteld zodra het seizoen het toeliet. Tussen het neerhalen van het oude scherm en het opstellen van de ijzeren kaap mocht maximaal tien dagen zitten. De kaap was niet he- lemaal stabiel en werd spoedig voorzien van vier tuien. Model van een gietijzeren zeekaap, vermoedelijk Kaap Robbe bol, ontworpen door Jansen circa 1850 (foto Het Rijksmuseum MC 833) De oevers van de oesterhaven vertoonde zorgwekkende afslag, zodat er grote zorg was voor de stabiliteit van de kaap. Maar de haven werd in 1860 gesloten en de kaap bleef op zijn plaats. Volgens het Bericht aan Zeevarenden nummer 127/1850 uit 1947 werd het duiventilvormig scherm van de kaap weggenomen. Mogelijk dat toen ook de tuien weggehaald werden. De toren werd wel wankel tot dat met diagonale spandraden de constructie werd versterkt. Soms kan gelezen worden dat er licht op de kaap heeft gestaan, maar de zeekaarten van de Dienst der Hydrografie geven dat niet aan. In 1977 wordt ge- sproken over het verplaatsen van de kaap omdat de navi- gatielijn door veranderingen in het vaarwater niet meer klopt. In die tijd stond er wel een reflector op de kaap. Buitendijks Pas in 1979 veranderde de situatie echter ingrijpend voor de kaap. Bij de ophoging tot deltahoogte van de Oostdijk op Texel werd de kaap in 1979 buiten gedijkt. Het plan was om de bovenste drie transen 60 meter te verplaatsten en de onderste trans te slopen, maar die laatste zit er nog, zoals onlangs bij een restauratie nog is vastgesteld. Nauwkeurige studie van foto's en kaartmateriaal, be- schikbaar gesteld door Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, deed vermoeden dat de kaap niet was verplaatst. De heer Frits Bonne, destijds bij de werkzaam- heden aanwezig, verklaarde dat inderdaad de kaap nog 8 Historische Vereniging Texel Nummer 1 09, december 2013

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2013 | | pagina 10