breekt er wel eens een vleugel. Voor de smaak maakt dat
niets uit maar de poelier verkoopt liever ongeschonden
eend. In een lage pijp worden de eenden afgeremd en lo-
pen ze het laatste stukje. Daarbij blijven ze heel.
Piet Bakker was een warm pleitbezorger van de lage
Texelse vangpijp. Uit historisch maar ook uit diervriende-
lijk oogpunt.
De Noorderkooi (Staatsbosbeheer) Eendenkooiweg
Van de Noorderkooi tenslotte is niet meer over dan wat
we noemen een kooirelict.
Het bos is er nog. Met enige moeite zijn plas en pijpen in
de grondvorm nog te traceren. En verder is het een woes-
tenij. Wel staan er nog steeds de fruitbomen met heerlijke
appeltjes.
Na de indijking van de Kattenpolder was volgens Pieter
van Cuyck deze kooi de beste van Texel. Na de droogleg-
ging van polder het Noorden in 1877 onderging deze
kooi echter eenzelfde lot als de kooi aan Zuidhaffel. In
1879 is de kooi al niet meer geregistreerd. Het was hier
dat Thijsse in 1895 samen met de conservator van Artis
een eendennest met 13 eieren meenam. Dat is nu ondenk-
baar.
Van de door de stormvloed van 1825 vemielde Hemmer-
kooi is niets meer terug te vinden. Wel herinneren de
boerderijnaam Hemmerkooi en de straatnamen Hemmer-
kooi en Kooiweg aan deze kooi.
Tot slot
Het moge duidelijk zijn dat de vangpijpen van de Texelse
eendenkooien onderling nogal verschillen. De oorspron-
kelijke Texelse vorm is nog terug te vinden in de kooi van
Hin en de kooi van de Dames Dijt. Maar door toedoen
van Dirk Korver, direct en indirect, is er veel Noord-Hol-
landse invloed.
Zoals bekend zijn kooikers niet erg gesteld op bezoekers
in de kooi. Zij verstoren de rust die voor een kooi met
zijn rijke natuur nog steeds heel belangrijk is. Toch is er
gelegenheid om zelf een kijkje te nemen. In de zomer
wordt door Natuurmonumenten de kooi in Spang voor
het publiek opengesteld. Dan kunnen ook het fraai geres-
taureerde kooihuisje en het vernieuwde molentje worden
bewonderd.
Wellicht kan in de bezoekerskooi een van de pijpen op
oud Texelse wijze worden heringericht. lets voor de en-
thousiaste medewerkers van Natuurmonumenten Eckard
Boot en Loran Tinga?
Er is nog veel meer te vertellen over de Texelse kooien en
hun kooikers. Bijvoorbeeld over de gebruikte materialen,
van betonpalen tot pvc-pijp en van juthout tot creosoot.
Of over de verstoringen van het kooirecht. Maar dat komt
een andere keer.
KeesJaap Harting, kj.harting@texel.com
Geraadpleegde zaken:
Pieter van Cuyck - Brieven over Texel en de naby-gelegen
eilanden, 1789
Rob Haan, Eendenkooien op het Eiland van Dordrecht,
1999
E Allan - Het Eiland Texel, 1856
Jac. P Thijsse - Reigers en aalscholvers, 1899
Sjaak Schraag - Veldnamen van Texel, 1990
Sjaak Schraag - Vogelarijen - De Skor jaargang 11 num-
mer 4, 1992
J.J.H.G.D. (Desire) Karelse - Eendenkooi en kooibedrijf in
Nederland, 1983
J.J.H.G.D. Karelse e.a. - Eendenkooien in Vlaanderen en
Nederland en 7 andere Europese landen, 2011
Archief HVT
Archief Natuurmonumenten
Archief Staatsbosbeheer Erik van der Spek
Archief Texelse Courant
www.irenemaas.nl
Veel dank ben ik verschuldigd aan alle Texelaars die mij
vol enthousiasme van allerlei informatie hebben voorzien
en dat nog steeds doen.
Voor dit stuk gaat mijn bijzondere dank uit naar: familie
Bakker (De Waddel), familie Daalder Legierse, familie
Kiewiet, familie Korver Rikkenberg Kuip, Maarten
Stoepker en Desire Karelse (Eendenkooistichting).
Foto's door Hanneke Roeper en Kees Jaap Harting, tenzij
anders vermeld.
Nummer 108, September 2013
Historische Vereniging Texel
15