ven aan Cornelis Bok. Daarmee vormt dit Texelse werk
een verbindende schakel tussen de landschappen van
Bok en het portret van het burgemeestersgezin Willem
Roggeveen van Schagen. Hiermee werd de actieradius
van Cornelis Bok belangrijk uitgebreid.
Hoe kwam Cornelis Bok op Texel terecht?
Wij nemen aan dat Bok niet op de bonnefooi naar Texel
kwam, maar dat de opdracht tot het maken van dit
Texelse familieportret een uitvloeisel is van relaties tus
sen de familie Kooijman/Brouwer-List en een of meer
opdrachtgevers aan de vaste wal. Daar gingen we dus
naar op zoek. Uitgangspunt vormde de aanname dat op
drachtgevers voor de schilderijen rond Schagen en in de
Zijpe ook eigenaar van de daarop afgebeelde gebouwen
waren.
Bij die speurtocht in de archieven in Alkmaar, Haarlem
en op Texel vonden we enkele zakelijke transacties tus
sen opdrachtgevers van Bok en Texelaars. Zo machtigde
Feije Zwart, kashouder van zilver en goud in Den Burg,
op 5 maart 1802 Jochem Blaauwboer, om op te eisen en
te vorderen van Gerrit Boonacker, zilversmid te Scha
gen, 50 looden oude zilveren oorijzers en twee nieuwe
zilveren oorijzers. Deze waren begin november 1801
door Zwart vanuit Den Burg verzonden aan Boonacker.
Boonacker zou daarvan nieuwe oorijzers maken. Het
ene nieuwe oorijzer zou dienen als voorbeeld, het an
dere om een kleine reparatie aan te verrichten.30
Een aantal opdrachtgevers van Bok was (voormalig)
commandeur ter walvisvaart. Een belangrijke opdracht
gever van Cornelis Bok, Jochem Gerritsz Blaauboer uit
St. Maartensbrug in de Zijpe was van 1772-1786 een
succesvol walvisvaarder. Hij belegde zijn verdiensten in
eerste instantie in land, huizen en boerderijen. Vanaf
1787 begaf hij zich in de graanbouw en de
graanhandel.31 In een tijd van stijgende graanprijzen
was dat een lucratieve onderneming! Met de winsten
kocht hij boerderijen en grond, soms samen met Willem
't Hart, voormalige walvisvaarder uit de Zijpe. Ook liet
hij een graanpakhuis bouwen, kocht binnenvaartsche
pen en leverde graan aan bakkers, onder andere in Alk
maar, Medemblik, Egmond aan Zee, Den Helder, Scha
gen, Valkoog, de Wieringerwaard en op Texel. Daarnaast
verstrekte hij hypotheken aan bakkers en kocht, als die
bakkers de rente niet konden betalen, hun bakkerijen
op. Na zijn overlijden in 1815 zette zijn weduwe Neeltje
Mooij de zaken voort.
10
Historische Vereniging Texel
Nummer 102, maart 2012
^txxVüó Pccr/ccc
///O
Afbeelding van het dorp Egmond aan Zee.
30NHA 185/4913
31 Dekker, 210
Coll. RAA