Het ontstaan van het Cultuurhistorisch Museum in De Waal De boerderij "De Leemkuil", olieverf door Ad Blok van der Velden, niet gedateerd (in coll. Gemeente Texel, foto Hans Lasthuizen) natuurlandschap met de wilde soorten planten. Frans Visman Dat is mooi. Wethouder, onder andere van landschap In juli 1960 ontstond het museum vanuit "de Vrien den van het Paard", met als eerste bestuur: de heer J.C.Roeper voorzitter, mevrouw S.M.de Lugt-Parle- vliet, secretaris, de heer K. du Porto, penningmees ter, mevrouw B.Keesom-Karsten en de heer PC.Hin. De eerst jaren hielden ze in de zomer een concours hippique en in de winter een feestavond met prijs uitreiking van het concours-hippique. Daarna kwam de gezelligheidsrit er bij. Dat betekende gezamenlijk aan de rij en onderweg ergens uitspannen en eten. Het werd de tijd dat alles wat oud werd, weg moest. Dat ging de kachel in, "de Meierblis" op, of bij het oude ijzer. Weg ermee, als je het maar kwijt was! In verband met nieuwe ontwikkelingen in de land bouw moest ruimte gemaakt worden voor nieuwe dingen. De tractor en moderne machines kwamen in gebruik en moesten onder dak. Het toenmalige bestuur van de "Vrienden van hel Paard" begreep dat alles wat weg was, niet meer te rug zou komen en begon met verzamelen van al lerlei oude wagens en paardenmachines. Dat was het begin van de collectie van het museum. De schuur van de heer Dirk Witte Thijszoon aan de Molenstraat hoek Molendwarsstraat diende aan vankelijk als voorlopige opslag. Toen moesten de schuur en het huis plaats maken voor de Keesom- laan. In de Waalderstraat was garage Reij inmid dels verhuisd naar de Bernhardlaan. En de Ge- Nummer 97 december 2010 Historische Vereniging Texel 57

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2010 | | pagina 59