Keyser keerde terug naar het Frans en behaalde in 1931 zijn doctoraal, met als bijvakken Spaans en Italiaans. Tijdens zijn studie verbleef hij langdurig in Parijs, waar hij samen met Ali in 1924 de Oly- mische Spelen bijwoonde. Keyser was een verwoed sportliefhebber en -beoefenaar. Hij deed aan atle tiek, boksen en zwemmen. Vooral atletiek had zijn warme belangstellig. Zo legde hij vanaf 1929 vijf tien keer de vaardigheidsproeven af van het Neder lands Olympisch comité. Ook Ah was sportief: ze tenniste en deed aan atletiek. Op de tennisbaan van Den Burg, Sijbrand Keyser, 2e van rechts op de achterste rij. Op de achtergrond de gevels van de Warmoesstraat. Voor zijn proefschrift vestigde het echtpaar Keyser zich in Frankrijk en Italië. Enige tijd na zijn terug keer in Nederland promoveerde Keyser in 1933 in Leiden op een gedicht van de Italiaanse Renaissan cedichter Ariosto. Tot dan toe werden de studie en het reizen bekos tigd door de ouders van Sijbrand. De economische crisis stimuleerde Keyser om zijn reizend en stude rend leven in te ruilen voor meer bestaanszeker heid. In 1931 werd hij benoemd als leraar Frans aan de RHBS in Leeuwarden en vervolgens in 1939 als directeur van de RHBS in Drachten. Kort na zijn vestiging in Leeuwarden begon hij, als voorbe reiding op een doctoraalscriptie Nederlands, met zijn onderzoek naar het Tessels. Aan deze studie werkte hij ruim 20 jaar. Altijd 's avonds en 's nachts, vaak tot een uur of twee. Daarnaast was Keyser actief in het verenigingsleven. Zo werd hij eerst voorzitter van de Vereniging van Leraren in Friesland en vervolgens hoofdbestuurslid van de Rijks Leraren Vereniging. In 1950 werd Keyser be noemd tot directeur van de RHBS in Alkmaar. Zijn loopbaan kreeg een hoofd- en eindpunt in 1958 als inspecteur van het gymnasiaal en middelbaar on derwijs in Noord-Holland. Daar keek hij niet met veel geestdrift op terug, vooral de invoering van de Sijbrand Keyser als student. Mammoetwet betekende voor hem een dieptepunt: voor mij een bron van eindeloze kletser ij en nivel lering, zo sprak hij na zijn pensionering in 1969. Sijbrand Keyser overleed na een langdurig ziekbed in 1989 in Alkmaar. Het Tessels archief van Keyser Na het overlijden in 2008 van mevrouw Ah Keyser-Lienesch ordenden hun dochter en schoon zoon Ineke Plenckers-Keyser en Leo Plenckers het archief van vader Keyser en besloten na overleg met Gelein Jansen dat het Tessels archief geschon ken zou worden aan de Historische Vereniging Texel. En op 1 juli 2010 was dat zover: De heer en me vrouw Leo en Ineke Plenckers-Keyser overhandig den het Tessels archief van Sijbrand Keyser aan Ge- rard Kuip, Jacques Dijt en Mary Bakker-Zijm. Dat Tessels Archief vormde de basis van het in 1951 uitgegeven boek Het Tessels. Het bestaat uit een grote kaartenbak vol systeemkaarten met daarop woorden, uitdrukkingen en seggies, schrif ten met aantekeningen, foto's, kranten en een schilderij van Blok van der Velden. Wij zijn er heel blij mee dat de familie Plenckers- Keyser ons de bouwstenen van het levenswerk van Keyser toevertrouwt. Ook vormt dit een welhaast onuitputtelijke bron van studie voor onze dialect groep. Gerard Kuip en Wilma Eelman Bronnen: S. Keyser, Het Tessels, Leiden 1952 G. Valk, Sijbrand Keyser, in: Jaarboek van de Maat schappij der Nederlandse Letterkunde, 1990 De foto's zijn afkomstig uit de door de heer en me vrouw Plenckers-Keyser aan de Historische Vereni ging Texel geschonken collectie. Nummer 96, september 2010 Historische Vereniging Texel 3

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2010 | | pagina 5