Op 30 november vertrok Klaas met dit schip van Batavia. Zijn oom was nu ook weer de schipper. Begin maart kwam 'Huijs ter Hemen' bij Kaap de Goede Hoop aan. Daar verbleven ze tot 15 april. Op 3 augustus 1711 arriveerden zij op de Rede van Texel. Twee dagen later haalde Klaas zijn verdiende geld op bij het kantoor van de VOC in Amsterdam. Hij was ruim anderhalfjaar weggeweest en had 148 gulden verdiend. Zijn moeder had geen ge bruik gemaakt van haar recht op de drie maanden gage. Klaas kreeg de volle 148 gulden uitbetaald.3 Wat Klaas in die drie jaar daarna heeft gedaan, is [nog] niet bekend. Wel dat hij in 1714 weer met zijn oom Pieter een reis voor de VOC ging maken. Ditmaal op het fluitschip de 'Risdam'. De veertien jarige Klaas was gepromoveerd naar matroos en verdiende nu 10 gulden per maand. Ook deze keer verklaarde hij dat zijn moeder recht had op drie maanden gage. Op 27 september 1714 vertrokken ze vanaf de Rede van Texel. Aan boord waren 131 personen: 94 zeelieden, 31 soldaten en 6 passagiers. Onder de zeelieden bevonden zich nog twee Texelaars: matroos Dirkjansz ook uit Den Hoorn en matroos Jan Hendriksz Graaf uit Oosterend. Tijdens deze reis hadden ze eind oktober nog een tussenstop van vier dagen bij de Kaap Verdische ei landen. In januari verbleven ze drie weken op Kaap de Goede Hoop. Zeven maanden na vertrek arriveerden zij op 26 april in Batavia. Klaas bleef tot juli 1716 aan boord van de 'Risdam'. De Hoorn der Dirkjansz raakte in augustus 1716 in het Ba taafse hospitaal waar hij op 3 juli, zonder testa ment en weinig goederen, overleed. Vanaf half juli 1716 ging Klaas vier maanden wer ken op het schip 'IJzelmonde'. Ook zijn oom Pieter ging in juli over op een ander schip. Samen met de Oosterender Jan Hendriksz Graaf kwam hij op de 'Nesserak'. Op 1 oktober overleed Pieter Daalder op dit schip. Uit een notitie in het scheepssoldij- boek blijkt dat Klaas tot op het laatst bij zijn oom is geweest. 'Deze persoon heeft bij zijn oom het al- der laatste van zijn leventijt te wezen, schipper Pieter Daalder geweest en verklaart dat voormelde Daalder geen testament in India heeft gemaakt. Deze verkla ring was blijkbaar nodig, omdat Pieter Daalder in een crimineel proces was verwikkeld op deze reis. Bij zijn gegevens in het scheepssoldijboek staat dat Pieter nadat hij in Nesserak een testament heeft la ten opmaken, is overleden. Klaas ontkende het 3 NA 1.04.02/14662 DAS 2102 en 6234 4 NA 0.04.02/14671 DAS 2223 Handtekening in scheepssoldijboek VOC. Foto Ineke Vonk-Uitgeest maken van dit testament. Wat was hier gebeurd? Duidelijk is wel dat pas drie jaar na zijn overlijden de erfgenamen van Pieter Daalder zijn verdiende geld ontvingen. In november 1716 stapte Klaas over op het schip 'Barneveld' waarmee hij op 12 augustus 1717 weer in Holland terugkwam. Hij kreeg voor repatriëring 38 gulden extra, maar daar tegenover stond dat de VOC voor reisgeld 30 gulden inhield! In totaal had hij deze reis ruim 207 gulden verdiend. Uit de afre kening bleek dat moeder Neeltje in oktober 1716 zelf de door haar zoon toegezegde 3 maanden gage van 30 gulden bij het VOC kantoor in Amsterdam had opgehaald. Klaas kreeg de resterende 177 gul den contant uitbetaald. 4 Ik ga er vanuit dat Klaas na de ontvangst van zijn geld teruggegaan is naar zijn geboortedorp Den Hoorn. Maar zeker weten doe ik dat niet. Zulke 'gewone' dingen werden niet in een verkla ring vastgelegd en zijn bijna niet te vinden in ar chieven. Maar ik kan me er wel iets bij voorstellen hoe zo'n zeventienjarige jongen na driejaar terug kwam in zijn dorp. Herkenden ze hem nog? Wat was er allemaal veranderd? Wie waren er inmid dels overleden of getrouwd? Hoe zagen de meisjes eruit? In driejaar kon veel gebeuren. Ter walvisvaart Tot nu toe heb ik nog niets gevonden wat Klaas heeft gedaan tussen zijn thuiskomst in 1717 en 1725. Het eerstvolgende feit is dat hij in 1725 commandeur ter walvisvaart was op 'de Jonge Eva' van de rederij Dirk Tewis uit Zaandam. Een commandeur was de hoogste bevelhebber op een walvisvaarder en verantwoordelijk voor de be manning, de vangst in het vangstgebied en aller hande zaken aan boord. Een commandeur word je natuurlijk niet zomaar. Klaas Daalder zal dan ook wel in de voorgaande periode gevaren hebben op een walvisvaarder. Hij moet ergens ervaring heb ben opgedaan om zo'n baan aangeboden te krijgen. Een mogelijkheid is dat hij gevaren heeft bij één van de Texelse walvisvaarders die in deze periode ter walvisvaart gingen.5 Eén van deze Texelaars was 5 Cornelis Groen, Comelisjansz de Jong, Jacob Knaap en Former Hendriksz Neeff. 18 Historische Vereniging Texel Nummer 96, september 2010

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2010 | | pagina 20