meente die hier gewoond heeft, is ds. Sijbrand Feiko van der Ploeg, die op 29 maart 1884 naar Drachten vertrok. Daarna keerde de gemeente terug tot één predikant met als vestigingsplaats Den Burg en werd deze pastorie overbodig. De pastorie is waarschijnlijk afgestoten in 1889 en gekocht door dokter Van der Vegt die twee huizen verder woonde. De Vermaning aan het Vermaningspad werd door de Duitsers tijdens de Russenoorlog in 1945 zwaar beschadigd. Na de oorlog werden de diensten ge houden in een kamer in het voorgebouw. De gaten in de muren van de Vermaning werden dichtgemet seld, de galerijen dichtgetimmerd en de ruimte zelf gebruikt als gymnastiek- en sportzaal. De Vermaning werd gesloopt in 1974. Wat de leraren betreft: zie hiervoor de vermeldingen bij de Vlaams-Water- landse Vermaning van Den Burg. 7. De Friese Vermaning aan het Hogerend (ca. 1650 - 1772) De tweede Friese Vermaning in De Waal was aan het Hogerend, dicht bij de Hervormde kerk. Volgens Huijdecopers belastinglijst van 1742 volgt na het predikantshuis (nr 9 op de kadastrale kaart van 1828), het polder- en schoolhuis (nr 11), dan twee armenkamers (waarschijnlijk op perceel 12) en vervolgens tweemaal: 't Mennoniete Preeck- huijs (zie figuur 7). Met de eerste vermelding wordt de Friese Vermaning bedoeld en met de tweede vermelding de Waterlandse. Omdat ze na elkaar worden genoemd vermoed ik dat de Friese Vermaning bijna aan het eind van perceel 13 is ge situeerd, geheel in lijn met de traditie om achteraf en niet aan de straat te bouwen, maar wel in het gedeelte van De Waal horend tot het Hogerend. Als dit klopt zou het gestaan hebben achter het Cultuurhistorisch museum van De Waal. Perceel 13 is in 1828 onbebouwd. Ook dit is in overeen stemming met de sloop van deze Friese Vermaning in 1774. Wat de leraren betreft: zie hiervoor de vermel dingen bij de Friese Vermaning van Den Burg. VERMANINGEN IN DEN HOORN 8. De Friese Vermaning (ca. 1570 - ca. 1672) De zuster of broeder die in 1744 de geschiedenis der Doopsgezinden van Texel beschrijft, (DGT 49) maakt melding van een Friese Vermaning in Den Hoorn. De plaats is niet bekend. Gemeld wordt dat zo'n 72 jaar geleden, dus omstreeks 1672 de laatste zusters en broeders van deze kwijnende Vermaning zich hebben aangesloten bij de toen net verenigde Vlaams-Waterlandse Vermaning van Den Hoorn. 9. De Waterlandse Vermaning (ca. 1558 - 1660) Omstreeks 1558 moet in Den Hoorn een Water landse Vermaning ontstaan zijn, gezien de lande lijke scheuring in 1557. Deze Vermaning heeft vermoedelijk gestaan op dezelfde plaats als de Vermaning die in 1660 gebouwd is als schuilkerk achter Diek 11, de voormalige kosterswoning. Mogelijk een bestaande houten schuur. Deze is dan in 1660 gesloopt. Ook in akten vinden we bewijs voor de vroege aanwezigheid van Doopsgezinden in Den Hoorn: op 2 december 1623 koopt Aris Broersen, wonen de op den dorpe van Den Hoorneen rentebrief. Hij belooft de losrente jaarlijks te voldoen bij eere ende vromicheijt in plaetse van eede en is dus Mennoniet. De diaken van de Vlaamse Vermaning van den Burg (1625), Cornelis Maertsz, schipper, woont eveneens op Den Hoorn. In 1630 ruilt de Menno- nistengemeente een huis en erf in Den Hoorn met Willem Heijndricx, schoolmeester in De Westen. 10. De Waterlandse, vanaf 1672 Vlaams-Water- landse Vermaning (1660 - 1953), Verenigde Doopsgezinde gemeente Texel (1953 - 1968) Deze Vermaning is in 1660 gebouwd, zo lezen we in het kerkenraadsboek, waarmee ds. Joannes Cuperus in 1753 begon (DGT nr 648). De inde ling was gelijk aan die van huiskamerbijeenkom sten. Aan de lange westelijke zijde zat de leraar met de diakenen en de zusters en broeders zaten in U-vorm op banken hier om heen. Deze indeling wordt gewijzigd tijdens de leraar Tjalling Gerbens van Grouw. Op 19 augustus 1771 wordt de stoel verplaatst naar de korte noordzijde van de Verma ning. In deze nieuwe opstelling kwamen stoelen in het midden en één of twee banken langs de zij kant, waarin over het algemeen de mannen zaten. In december 1772 werden er koperen kronen in de kerk gehangen. Deze werden in 1980 verplaatst naar de Vermaning van Den Burg, waar ze nu nog te zien zijn. Volgens Cor-Piet Drijver, in 1934 in deze Vermaning gedoopt, waren er twee kerken- raadsbanken aan weerszijden van de kansel, zoals dit ook nog te zien is in de Vermaningen van Oosterend en Den Burg. Aan weerskanten was er één lange bank en aan de achterzijde, tegen het orgel nog drie banken. Het middengedeelte was opgevuld met rijen stoelen. Onder het orgel bevond zich de kerkenraadskamer. Het schuur- kerkje was te bereiken via de poort naast de kosterswoning. Dirck Backer van Den Hoorn was aan het einde van de 18e eeuw één van de vier liefdeprekers van de Vlaams-Waterlandse Vermaningen van Den Burg, 16 Historische Vereniging Texel Nummer 90, maart 2009

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2009 | | pagina 18