OUDEDAGVOORZIENINGEN IN DE 17E EEUW Door de veel te lage verzekering was het niet mogelijk een zelfde stolpboerderij te herbouwen. Ter Steege had vergunning voor een stal, maar maakte er een huis van. Dat moest worden opgebouwd uit oud materiaal van de verbrande plaats, althans dat was de bedoeling. Maar het is gebouwd van 'Moffenmateriaal', bijvoorbeeld een wagen stenen geruild voor boter. Ter Steege was daar goed in. De kozijnen kwamen van het afgebroken Badhotel. Irene Maas Met dank aan de gebroeders Witte van de 'Bontekoe', P. ter Steege en F. de Grave voor hun verhalen en informatie. Hoe zorg je ervoor dat je op je oude dag je geen zorgen hoeft te maken over je leefomstandigheden? Die vraag stelde men ook vroeger al. De meest gangbare oplossing was je geld uit te lenen en daarvan rente te trekken, of je kon je geld schenken aan het bestuur van een armenhuis, meestal voogden genaamd, en daarmee je als het ware in het armenhuis inkopen. Het was van groot belang dat je geld niet in waarde verminderde. In de 17e eeuw gebeurde dat niet door inflatie, want die was zeer gering, maar wel door belastingheffingen van allerlei instanties en vorsten. Dat was uiteraard niet de bedoeling van de kapitaalverstrekker. Daarom werd bij de notaris in een officiële akte met veel omhaal van woorden vastgelegd dat geen Heren of instanties aan het uitgeleende kapitaal mochten komen en dat degene die het kapitaal geleend had, zou afzien van mogelijke voordelen in de tussenliggende jaren door de overheid voor de kapitaallener vastgesteld. Deze voordelen gingen altijd samen met extra belastingen voor de geldverstrekker. Op 15 juni 1623 komt Jan Ariensz Craen wonend in Den Burg bij de notaris en deelt mee van Commertgen Corneüsdr, weduwe van Adoff Pietersz van der Wee, ook wonend aan Den Burg, een bedrag van 150 gulden geleend te hebben. Hij betaalt haar jaarlijks op 1 februari 21 gulden uit tot haar overlijden toe. Dit is een rentepercentage van 14%. Waarom zo'n hoog percentage, terwijl gebruikelijk hooguit 7% wordt gegeven? Kommertgen is 70 jaar en er is een redelijke kans dat ze geen zeven jaar meer leeft en hij dus het restant van de 150 gulden niet meer hoeft uit te keren! Terugkerend naar de angst van belasting heffing op het uit te keren rendement. In deze akte en vele soortgelijke akten lezen we hierover: ...welke lijfrente hij comparant (Jan Ariensz Craen) alle ende t 'elcken jare belooffde te sullen betalen vrijs ge lts, s onder enige deductie ofte afbreek, 't sij van beeden, subventiën ofte enige ordinaris ofte extraordinaris contributiën, ommeslagen, schattingen, exactiën ofte andere impositien, hoe die oock soude mogen werden genoempt ende bij wien die airede innegestelt ende ommegeslagen sijn ofte sullen werden, al waer't oock sulex dat bij placcate ofte andersints verclaert werde, datum op desen en diergelijcke lijffrenten cortinge ende affslaen souden mogen doen, ende moeten lijden van alle voordeel ende proffijt vandien, hij comparant wel vuijtdruckelick 23

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2007 | | pagina 25