#4%
,/y.
daarmede ten half5u gereed en kregen dezelve gelukkig aan lij van het schip. Kwartier voor vijfkwamen er twee
Fngelsche Kotters in de nabijheid, waarvan er eenige van de opvarenden aan boord kwamen, pijnde schipper
John Fje van Harwich. Piet water steeds aannemend in het schip en ten 6 uur reeds 7 voet hoog pijnde het toen
hoog water op de bank, waardoor door allen de onmogelijkheid werdt ingeef en het schip weder af te krijgen.
Besloten toen éénparig te redden wat mogelijk was, alvorens het water begon te vallen en het schip daardoor op
gijde goude vallen. Borgen met de equipage een groote boot, met adsistentie van voorgemelde John Fje gooveel
mogelijk van de inventaris, provisie en een gedeelte van de kleeren van de equipage. Ten half tien werdt de gee
geer hol, goodat door allen werdtgegien dat het tijd werdt het schip te verlaten om het leven te redden, daar er
geen boot meer bij het schip kon blijven, door de branding gijn de er toen l21/2 voet water in het schip en reeds
van achter gebroken.
Ten 4 uur kwamen met de kotter te Harwich aan wal, alwaar de geredde goederen, na door de Customs
officieren gevisiteerd te gijn, in pakken werd opgeslagen met behulp der equipage.
Harwich, 8 april 1862. w.g. D. Duinker
C.P. Dekker
lA't Af c et A y a /t A r ex A
XA
C Lr <y/ter eet cty ee <y c/i t
r-ee u Ac/ es, y a
Ac, A i Y e e A 'As r y e y y.
Af? ''ff:
/l ree A A'
/C Ar rA ei A s ci
cA
/"At A's e- AA, //c f
vA'.
L,\As
i
Aan wegens dit Consulaat eene vrije passagie naar Nederland verleend aan den 2 den stuurman C. Knijper en elf
manschappen van het verongelukte Nederlandsch schip Aier Gegusters.
Consulaat Generaal der Nederlanden, Tonden 12 April 1862
14
