eerder een gouden ij^er %ou opletten voordat hij yulk
een ruimte van geld had, dat hij alles %ou hebben
afbetaald. Hij wist niet of zijn vrouw welligt daarom
Zpo murmureerde, omdat dat goudijzer nu welligt
geheel niet zpu komen. Vroeger ging hij altijd gaarne
naar huis, maar nu niet want zjj keek altijd even
Zuinig.
Het blijkt dat de betrekking tusschen beiden niet regt
goed is. Aafe Hindeman is al te veel met de %ucht
naar grootheid beslet. De 2 of 3 honderd gulden die
hij van 'tjaar aan de vefraaijng van zjjn huis besteed
had, had hij ook liever tot afbetaling van opgenomen
geld mogen besteden. Hij wenscht dat ik poogde sfjn
vrouw tot beter zjen te brengen.
15 December 1852. Aan de Waal bij Dirk
Heijen. Ik trachtte aan zjjn (geheimj verdoek te
voldoen om sfjne vrouw blijmoediger te stemmen.
De 55 schapen sjjn vanwege het bestuur voor 16
gulden per stuk overgenomen en naar Honden
verbonden. Alle veehouders tfjn in onrust over de
verschijning van een schurftig schaap.
Ik kon ten aanzien van de vrouw niet regt tot mijn
doel komen.
Akkes Kil en haar naasten
26 february 1855. Zachte dooij tot aller vreugde.
Men was in Oost yeer verstoord op Dominee
Steinfort, omdat hij fch verontschuldigd had om het
doodsberigt van Cornelis Gerritsz Brouwer onlangs
te Amsterdam) aan hem gezonden, aan de weduwe
[Grietje Jakobs Hist] over te brengen. De wegen
waren ^oo glad.
Twee maanden daarna was Akkes Kil
aanwezig bij de herbegrafenis van de man van
haar zuster Grietje:
27 april 1855. Des voormiddags naar Oosterend. Bij
Piet Koning koffj gedronken. Vervolgens met de
lijkstatie van Cornelis Gerritsz Brouwer (1798-
1855), overleden te Amsterdam op de 3e februaiy en
aldaar begraven. Het lijk [was] herwaarts
overgebragt, niettegenstaande ik het zeer had
ontraden. Er was echter niet de minste lucht bij. Op
de begrafenis sprak ik voornamelijk met de 2
broeders der overledene, jan en Klaas. Met de weduwe
Grietje Jacobs Hist en met Tetje Koopman van 't
Vlie.
Op de terugreis liep ik met de weduwe Akke
[Augustijn] Dijksen en hare broeder Jacob Hist. Ik
bespeurde dat zjj nog niet in staat was om 't gebruik
van een gereformeerd vraagboek goed te keuren.
Huizinga had bij zijn aantreden in 1844 een
nieuw leerboek voor de catechisatie
ingevoerd, wat tot zijn verbazing grote
weerstand opriep. Het was namelijk door een
hervormde dominee geschreven!
Maar dat was met het oude leerboek net zo
en daar had niemand bezwaar tegen,
argumenteerde Huizinga. Dat hadden zijn
gemeenteleden nooit geweten. Bovendien,
waarom zou er een ander boek moeten
komen? Dit gaf veel discussie en wederzijds
onbegrip, kortom, de 'Vraagboekenkwestie'.
22 mei 1855. Naar de Waal, o.a. bij Grietje
Augustijns Dijksen [dochter van Akkes Kif].
30-9-1860. Bij A. Dijksen (de Waal) koffj
gedronken.
16 augustus 1871. De weduwe A. Dijksen, thans
68 jaren oud, had haar arm gebroken, echter niet
moedeloos.
18 mei 1873. Bij de weduwe Akke Dijksen, aldaar
Martje Boon.
29-12-1878. Bij de weduwe A. Dijksen (Kil),
verheugt fch dat ik haar eens kom opdoeken.
Dominee Bakels was, zoolang hij aan de Waal
woonde, nog maar eenmaal even bij haar geweest. Zij
had ten dien aandien %eer veel aan Dominee
Koekebakker verloren. Gesprek over hare kinderen.
Zij beklaagt yeer de afwezigheid van Bennetje
[Keijnoutje] (te Amsterdam woonachtig waar zjj vrij
goed haar brood had).
Koekebakker was de voorganger van Bakels
aan de Waal, die na ruzie met zijn diakenen
het beroep van de gemeente Ouddorp had
aangenomen. Hij was 2 jaar (1872-74) op
Texel geweest. In juni 1873 was Huizinga's
dochter Sina domineesvrouw in De Waal
15