De jongen met pet, links van de dame met jongetje en strohoed, is Jaap-Sies, J. Keijser Dirksz van Gasthuisstraat
16, Den Burg. Helemaal rechts is nog een stukje te zien van Aagje Hopman, dochter van Jan Hopman Johzn en
Maria Bakker. De vier jongedames links van haar zijn, vanaf rechts: Anne Veeger, een onbekende, juffrouw Slot
en Keetje Bakker van de Kapberg.
pachter op Spykdorp, en Mej. A.M. Keijser uit
de Waalderstraat (nu nummer 20) in de
prijzen vielen. De inzendingen van Leidse
komijnekazen en Goudse kaas waren allemaal
afkomstig van de overkant.
Van de 9 koeboter-inzenders deden Mar
Dros-Kievit, P.S. Keijser, J. Kooi, de weduwe
M. Koorn, P. Bakker Klzn. en Nel. Eelman-
Mantje ook mee met hun schapenboter.
Modern voor die tijd is dat Mar Dros-Kievit
van Bland en Berg, Nel Eelman-Mantje van de
Oosterenderweg (nu nr. 25) en F. Kalis-
Helm van de Helmshoeve kaas en boter onder
hun eigen naam inzonden, terwijl ik aanneem
dat de kaas- en boterinzendingen van de
mannelijke inzenders het werk van hun
echtgenotes was.
Verder valt op dat slechts 9 van de 21
inzenders van schapenkaas en —boter ook
deelnamen aan de schapenkeuring. Mogelijk
hadden de overige 12 kaas- en botermakers
nog ouderwetse pielsteerten of kruisingen
waarbij de nadruk op de melkgift lag, terwijl
bij de keuring al meer op exterieur en vooral
op vlees gelet werd.
Niek Dros Pzn. van Wageningen had de beste
wintertarwe, Dirk Corn. Dros van Bland en
Berg de beste haver en chevaliergerst, de
gebroeders Wetsteen van Dordrecht de beste
rogge, H.W. Keesom de beste kleine groene
erwten en S.G. Evers de beste grote groene
erwten. Keesom was de enige inzender met
bruine bonen en Abraham Breesnee van
Padang met paardebonen.
C. Keijser Hzn. toonde de beste vijf
suikerbieten voor veevoer, de gebroeders
Schumaker de beste mangelwortelen en H.W.
Keesom was de enige inzender van de rubriek
vroege aardappelen, 2 kilo in een mandje. Bij
de late aardappelen, ook twee kilo in een
mandje, waren inzendingen van D.C. Dros
met Engelse en Wageningse rode, Piet
14