WESTBRABANTSE BOERDERIJNAMEN OP TEXEL 8 sprak een vrouwtje meewarig. "Daar komt ie weer!", gilde iemand en trok meteen het vrouwtje opzij dat zich stijf tegen een muur aandrukte. Maar nu sloeg Rudie rechtsaf, de Koetebuurt in, hopende dat daar minder mensen zouden zijn. Maar daar hadden de bewoners juist de vuilnisbakken neergezet, omdat die middag de vuilnisauto zou komen, als een maaimachine maaide de skelter alle vuilnisbakken ondersteboven, zodat ze kletterend op de stenen terecht kwamen. In een ogenblik was de hele Koetebuurt één vuilnisbelt waarboven de papieren hoog uitdwarrelden. Door de Verlorenkost schoot hij de Peperstraat in en joeg weer op het Kerkplein af. "Laat je er af vallen", schreeuwde men hem toe, maar dat durfde de jongen niet. Uit: Rudi, een Texelse kwajongen. Jeugdland. Heemstede Holland. 1954. Met dank aan Wim v.d. Gracht door M. W. van Boven Met toestemming overgenomen uit: Engelbrecht van Nassau kwartaalblad van de Heemkundige Kring Breda - 1982 pag. 231-236. INLEIDING Tijdens onze zomervakantie op Texel dit jaar, viel mij op dat vele boerderijen in de Eijerlandse Polder, gelegen in het noordelijk deel van het eiland, de namen dragen van gemeenten. Hieronder bevinden zich ook de namen van T Hertogenbosch, Breda, Princenhage en Zevenbergen. Een oriënterend onderzoek in de plaatselijke historische literatuur wees uit, dat deze namen verband houden met de oorspronkelijke ontginners en aandeel-houders van de polder in de eerste helft van de 19e eeuw. Eén daarvan was de Bredanaar Arnoldus Josephus IngenHousz, die waarschijnlijk verantwoordelijk is voor de Westbrabantse boerderijnamen op Texel. HET ONTSTAAN VAN DE EIJERLANDSE POLDER In 1835 werd het noordelijk deel van Texel, dat hoofdzakelijk bestond uit kwelder-gronden, door het Rijk verkocht aan een viertal ondernemers. Het waren Paulus en Willem Langeveld uit resp. Giessendam en Hardinxveld, Marcellus Leendert Plooster uit Ameide en Nicolaas Josephus de Cock, koopman en scheepsreder uit Rotterdam. De eerste drie waren aannemers van pu blieke werken en ervaren in het bedijken van polders. De Cock was het zakelijk brein achter de onderneming en naar hem is het dorp in het noorden van de polder, De

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2006 | | pagina 10