Amsterdam, en anderen, onder de ogen van
de Duitse bezetter, een organisatie van de
grond getild werd welke de geschiedenis in is
gegaan als het Nationaal Steunfonds "Bankier
van het Nederlandse Verzet".
Nationaal Steun Fonds
De geschiedenis van het Nationaal
Steunfonds werd in 1960 vastgelegd in het op
last van het toenmalige Ministerie van O.K
W, door het Rijksinstituut voor
Oorlogsdocumentatie uitgegeven boekwerkje
"Het Nationaal Steunfonds, bijdrage tot de
financiering van het verzet,1941-1945". Later
werd het complete verhaal uitgebreid
behandeld door dr. L de Jong, in de delen 7
en 10b van zijn standaardwerk Het
Koninkrijk der Nederlanden in de 2e
Wereldoorlog. Duidelijk wordt dat het Fonds,
dat pas in 1953 officieel werd opgeheven, een
grote goedwerkende organisatie was,
gedragen door bijna tweeduizend vrijwilligers,
die met gevaar voor eigen leven hun
bijdragen leverden. Vastgelegd is dat het
Fonds na de bevrijding over bijna 83
miljoen gulden aan kasmiddelen heeft
beschikt. Een gigantisch bedrag, zeker in die
jaren.
Dat het werken voor de Zeemanspot en het
Nationaal Steunfonds niet van gevaar
ontbloot was, laat zich lezen in de lange lijst
van gevallen medewerkers, 84 in totaal,
waaronder Walraven van Hall. Zeker 11
mensen van deze lijst waren direct betrokken
bij de Zeemanspot.
Herman Johan Visser
Ik had nu duidelijkheid over de betekenis van
het fenomeen Zeemanspot.
De vraag die ik mij nu nog stelde was, wie
Herman Johan Visser was, en wat zijn relatie
tot de Zeemanspot was. Met behulp van
gegevens, verstrekt door een vriendelijke
medewerker van de begraafplaats, kwam ik al
gauw in contact met zijn dochter, mevr.
Scholte-Visser. In een paar telefoonge
sprekken vertelde zij over het leven van haar
vader die op 9 februari 1901 in Amsterdam
was geboren. In 1906 verhuisde het gezin
Visser naar Soest. De vader van de jonge
Herman Johan Visser, geboren in 1864, werd
daar na een ambtelijke loopbaan, leraar orgel
en piano, en was tevens organist van de
gereformeerde kerken te Soest en Baarn.
Herman bezocht in Baarn de lagere school en
doorliep daarna de middelbare handels
dagschool in Amersfoort.Het was in deze tijd
dat hij kennis kreeg aan de in Baarn
woonachtige Hermijntje Kroes. Op 26 juni
1923 traden zij, in Baarn, in het huwelijk.
Uit dit huwelijk werd in het jaar 1925 hun
dochter J ohanna geboren.
Tevens was zij zo vriendelijk mij een kopie
toe te sturen van het door haar geschreven
levensverhaal van de op 10 januari 1945
overleden, Herman Johan Visser.
Tijdens het lezen van dit indrukwekkende
verhaal werd mij duidelijk dat hij door zijn
maatschappelijke functie bij Wm. Müller
Co. te Rotterdam, als procuratiehouder met
de taken Secretaris van de Directie en
personeelschef de aangewezen persoon was
om als contact van de Zeemanspot bij dit
internationaal werkende concern te fungeren.
Plichtsgetrouw en met een grote
nauwgezetheid vervulde hij deze taak, tot hij
op dinsdag 21 december 1943 in naam van de
SD door een Nederlandse politieman werd
gearresteerd. Na een maandenlange detentie
op het Hoofdbureau van Politie te Rotterdam
kwam hij, na een langdurige periode in Kamp
Vught verbleven te hebben, uiteindelijk
terecht in KZ Sachsenhausen-Oranienburg,
waar hij op 10 januari van het laatste
oorlogsjaar overleed. Kort daarna moet hij in
het crematorium van Sachsenhausen zijn
gecremeerd. Door een Noorse mede
gevangene die de verschrikkingen van
19