MEESTER DIEBRINK VAN OUDESCHILD
Tussen 1840 en 1850 is Gerritjan Diebrink op Texel gekomen. Hij is geboren op 17 april 1821 te
Kampen. In Oudeschild woont het paar op S 52b. Op 4 mei 1864 vertrekt het echtpaar met twee
dochters naar Kampen.
Heden, den Zestiende februari/ achtienhonderdeenenzpstig zjjn op ons verdoek ten Raadhuijs aan den Burg
verschenen en hebben verklaard
Jan Meijers Koopman, sjouwerman, oud negenenveertig jaren, wonende te Oudeschild, alhier, dat reeds
geruime tijd geleden, in de avond hij langs de straat van het Oudeschildpasseerde, toen hij bij het huis van Kapitein
M. de Wijn, welke afwezig was op eene buitenlandse geereis, ontdekte depersoon Diebrink, onderwijzer, aldaar, in
beschonken toestand, die de trap op wilde, op de derde trap reeds vroeg of hij eens mogt aansteken, doch toen reeds
weder van de trap afviel; dat de huisvrouw van de genoemde kcpitein de Wijn, gezelschap van vrouwen had, waarbij
Diebrink wenschte te worden toegelaten.
Krans Buis, sjouwerman, oud eenenveertig jaren, wonende aldaar
Hendrik Schellingen, oud veertig jaar, veldwachter aldaar, dat eenigen tijd geleden door hen en andere
vrienden, vergadering werd gehouden, voor de afrekening van een leesgezelschap waarvan Diebrink president was;
toen Diebrink is binnengekomen in beschonken toestand; dat hij toen geheel ongeschikt was om rekening en
verantwoordingte doen, dat hij door ieder is voor de gek gehouden, dat hij spoedig zpnder spreken, is weggegaan, de
deur zoekende waar degene niet was enz enz
Hendrik Schellinger verklaarde nog dat hij eenige tijd geleden en wel op woensdag den 23. Januarijdes
middags omstreeks een uur, genoemde onderwijzer in beschonken toestand uit de Herberg heef zjen komen, van
voren geheel nat, zpodat verscheiden schoolkinderen hem achternajouwden: Meester heeft in zijn bmekpist!enz>hem
Zo tot zjjn huis achtervolgende.
Cornelis de Wijn, oud 37 jaar, timmerman, wonende aldaar, dat hij zjch vereenigd met hetgeen is
verklaard door Krans Buis en Hendrik Schellinger, omtrent het voorgevallene met den onderwijzer Diebrink te
Oudeschild, bij gelegenheid der door hen gehouden vergadering voor afrekening voor hun leesgezeldschap.
Jan Albert Schagen, oud negenendertigjaar, alhier, winkelier, dat hij eenige tijd geleden des avond heeft
ontmoet meester Diebrink in verren staat van dronkenschap, dat hij genoemden meester nog heeft gegroet, dat deze
niet eens kon antwoorden.
SimonBoon, oud vierendertigjaar, zeeman, alhier, dat naar gis drie weken geleden, hij meester Diebrink
des avonds langs de straat te Oudeschild heeft jen lopen in verren staat van dronkenschap, zpodat hij
ternauwernood op de beenen kon blijven staan.
Tevens verklaren mij ondergetekenden, huisvaders, van kinderen welke te schoolgaan bijgenoemde onderwijzer, dat
die onderwijzen alle achting heeft verloren, zpwel bij hen als bij de kinderen, welke dan ook geen ontzag meer voor
hem hebben; doch hem inplaats van dat uitjouwen, waardoor zjjn onderwijs geen nut sticht.
Aldus gedaan namens Burgemeester en wethouders van Texel
den 16februarij 1861
Jan M Koopman - sjouwerman*
Krans Pzji Buis
H. Schellinger
C. De Wijn -timmerman
JASchagen -winkelier
Simon Boon -zeeman
- sjouwerman
-veldwachter
11