OOSTEREND ROUWT 1904 WAS EEN RAMPJAAR VOOR DE TEXELSE VISSERS (Uit de Texelsche Courant) 12 augustus 1904 Heden morgen ontvingen we de droeve mare dat de blazerschuit TX 38 bij het binnenkomen in het Kaap en Molengat was omgeslagen en dat de bemanning een prooi der golven was geworden. Deze tijding heeft ons dorp in diepen rouw gedompeld. Verdronken zijn de schipper C. Kuiter Pz., oud 30 jaren, nalatende eene weduwe met twee zeer jeugdige kinderen. De knecht R. Kuiter, oud 38 jaren, verzorger van zijn hoogbejaarde ouders en de derdeman J. Brouwer, oud 14 jaren. Het lijk van R. Kuiter is hier aangebracht. De schuit is verzekerd bij de Onderlinge Vereniging "Helpt Elkaar". Een te Helder binnengelopen Wieringer schuit werd door een stortzee beloopen in het Kaap en Molengat, zodat zij veel water in kreeg. Dezelfde stortzee trof de Texelse blazerschuit TX 38. De blazerschuit TX 150 vond later de knecht R. Kuiter, drijvende op de lucht tussen zijn oliejas. De ongelukkige was helaas dood. Later werd vanaf de "Ada van Holland" de schuit drijvende gezien op Texelstroom. De boot stuurde er heen in de hoop nog opvarenden op het wrak aan te treffen. Dit dreef vol water, masdoos en oogenschijnlijk met weggerukte voorsteven. Blazerschuiten zeilden daarop de haven uit om te trachten de schuit in behouden haven te brengen, hetwelke tegen de avond gelukte. 13 augustus 1904. Oudeschild. De gisteravond hier door de blazerschuiten TX 120 en TX 19 binnengesleepte TX 38 is in den afgelopen nacht geheel leeggepompt en ligt nu nabij de scheepswerf aan de wal afgemeerd. 16 Augustus 1904. Oosterend. Het was gisteren een droeve dag voor onze plaats. Twee zonen der zee, die op hun bed van eer het leven hebben gelaten, werden grafwaarts gedragen. De lijkbaar van den 14- jarige Jan Brouwer werd begeleid door de jeugdige visschers die het overschot van hun vriendje de laatste eer hebben willen bewijzen. Plechtig vooral bewoog zich een zwarte stoet naar den doodenakker, toen de 38-jarige R. Kuiter, die op zijn verjaardag omkwam, door zijne vrienden naar de laatste rustplaats werd gedragen. Niet alleen bevonden de leden der vereenigingen waartoe Kuiter behoorde zich in den stoet, maar ook bijna alle visschers van Oosterend en Oost gingen mede en ongetwijfeld heeft elk voor zich gedacht: Wie zal de volgende zijn"? Beide keren, nadat de kist in de groeve was neergelaten, werden volgers en omstanders uitgenoodigd binnen het kerkgebouw der Hervormde Gemeente te willen komen, omdat de sterke wind het niet toeliet dat er bij het graf gesproken werd. Beide keren werd een grote verzameling van mensen toegesproken door de heer B. van Zweden, die de overledenen herdacht en woorden van troost sprak tot de ouders en vrienden en woorden van opwekking tot de visschers, die straks weder het ongewisse element zullen bevaren. Moge de visschers, die op zoo gevaarlijke wijze hun schamel stukske brood uit de zee moeten opdiepen, voor verdere onheilen bespaard blijven, maar ook, mogen zij, die zich geroepen achten om iets te doen tot steun der nagelaten betrekkingen van de verongelukte visschers bij velen een gewillig oor en een milde hand vinden. 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Uitgave Historische Vereniging Texel | 2005 | | pagina 20