afspeelt buiten de grenzen van de eigen
leefgemeenschap, sprak enorm tot de
verbeelding.
Normen en waarden
Net als hedendaagse smartlappen bevestigen
de roldoeken de heersende moraal eerder dan
die te doorbreken. Dit komt heel mooi tot
uiting in het roldoek 'De lotgevallen van
Kees', dat het leven schetst van de op Texel
wonende Cornelis de Ridder, die vijf keer
weduwnaar was en op hoge leeftijd in het
huwelijksbootje stapte met een achttienjarige
blom. Dat dit niet geheel volgens de mores
van de eilanders was, blijkt uit de moraal.
Ad Geerdink
Overgenomen met toestemming uit:
"Traditie", tijdschrift over tradities en trends,
jaargang 5, nummer 4, winter 1999.
Bewerking: Simon Dros, jan. 2005.
Foto van het roldoek van de Lotgevallen van
Kees (p. 6): Keesnan Dogger.
DE LOTGEVALLEN VAN KEES
De lotgevallen van Kees worden op Texel al
jaren bezongen. Het lied is gebaseerd op de
escapades van Cornelis de Ridder, die in een
plaggenhut bij de vuurtoren woonde. Het
roldoek is geschilderd ter gelegenheid van een
bruiloft door Hendrik Flens, gewezen
dijkgraaf van Eierland. Het diende als
illustratie bij het onvolprezen lied.
Uiteindelijk kwam het in handen van Arnold
Koorn, de drankhandelaar. Bestelde men bij
hem drank voor bruiloft of partij, dan werd
het doek en de tekst van het lied er bij
geleverd. Na afloop kwam het doek met de
lege fust retour.
Jan Zwan kocht het doek van Koorn en
schonk het aan de Gemeente Texel. Koorn
had kennelijk niet bijster veel op met de
gemeente; het ontlokte hem tenminste de
opmerking: "Ik doe nooit geen zaken meer
met je, Zwan!" Via de gemeente belandde het
doek in de Oudheidskamer te Den Burg.
In T Noorden van ons eiland.
In T Noorden van ons eiland
Daar woont een oude man
Een minnaar van de vrouwtjes
Hij kon er zo menig an
Reeds al vier, reeds al vier
Zag hij van zich heengaan hier
En hoewel al stram en stijf
Trouwde hij met nummer vijf
Toen deze lag te sterven
Sprak zij hem aldus aan
'Och Kees, wil mij beloven
Dat je niet weer zult trouwen gaan?'
'En och vrouw, en och vrouw,
Die belofte doe ik jou:
Al word ik honderd jaren oud
Ik zal blijven ongetrouwd'.
Nauw was een maand verstreken
Of Kees die had berouw
Hij zei: k Verd.je lekker
En neem maar weer een vrouw
T Is te koud, T is te koud
Langer te blijven ongetrouwd
T Is me 's nachts te kil in bed
En ik hou veel meer van de pret
Zijn buurman die het hoorde
Die zei: 'Wel Kees wat nou?
Durf jij nog eens te wagen
Om te nemen een jonge vrouw?'
'Ja ik scheur, ja ik scheur
Liever mijn broek aan de kakstoeldeur
Dan dat ik m'n levenstijd
Met een oud wijf in bed verslijt'.
Hier zie je hoe Kees gaat trouwen
Met een meisje van achttien jaar
Wat zal t dat kind berouwen
9