Het oude bestuur afgetreden, waarvan toen
voorzitter was Dirk Pieter Bakker. T Nieuwe
gesticht was in aanbouw en zou augustus
1909 gereed zijn. Toen in die tijd bestond de
Arrogeen gasfabriek en wenscht genoemde
voorzitter dat het gas voor het nieuwe
gebouw zou worden aangelegen, doch had
zulks bij T gemeentebestuur niet
aangevraagd. Voor de pijpleiding waren reeds
door den tuin de zoogenaamde kanalen
gegraven. Toen genoemd gemeentebestuur
aanmerking maakte geen vergunning te
hebben gegeven. De voorzitter wilde evenwel
doorgaan, waarop alles gewijzigd werd.
Bovenstaand was de reden dat Bakker het
geheele bestuur overhaalde ontslag als
bestuursleden te nemen. Een nieuw bestuur
werd gekozen. Met gevolg dat J. C. Visser
voorzitter werd. De gasleiding werd evenwel
voltooid naar genoegen van T nieuwe
bestuur.
Echter moet erkend worden dat D. P.
Bakker veel goeds tot stand heeft gebracht.
Het vorige gebouw was afgeleefd en het heeft
toen heel wat moeite gekost om een nieuw
gebouw tot stand te verkrijgen. Te beginnen
is het zeker dat waar hij alles voor deed, om
voor de verpleegden een goed tehuis te
krijgen het onvoltooid te moeten verlaten.
Voor mij, terwijl bij benoeming van een
geheel bestuur reeds bekend was, tegelijk het
ambt van voorzitter te aanvaarden, niet
aanlokkelijk. Doordat Bakker mij echter de
verzekering gaf het nimmer meer te
aanvaarden en aandrong dat ik het zou
aannemen, was mijn besluit genomen.
Ik heb het genoegen gehad, na 25 jaar een
terugblik te hebben kunnen geven. Van gas
kregen wij elektrisch licht. Veel, zeer veel is er
verbeterd als ledikanten, wat voor hen heel
sober was; er waren meer kribben als
ledikanten - T beddengoed was zeer slecht
dit alles is vernieuwd. De Waschboet die bij
meerdere opnamen veel te klein was, is nog
eens zoo groot geworden. De regentenkamer
die voorheen de 2° deur rechts van de
vestibule was, moesten wij opgeven en werd
ingericht als slaapkamer voor de Vader en de
Moeder en wel omdat zij dichter bij de
ziekenkamer zouden zijn. De regentenkamer
is daar boven gemaakt.
Vergroting van het gebouw
Voorheen moesten de verpleegden zich
waschen in den boet, bij sneeuw en storm,
maar haast niet te doen. De nieuwe aanbouw
gaf ons een betere ziekenkamer en hebben
dus nu geheel vooraan een ziekenkamer voor
vrouwen en de nieuwe aanbouw een voor
mannen. Daarenboven kregen wij nog 2
kleine kamers. Een waschzaal voor mannen
en een voor vrouwen. W. Cds voor vader
moeder voor vrouwen en voor mannen alles
met stroomend water. Voor allen één
badkamer. Voor het hele gebouw centrale
verwarming. Voorheen, als er een was
overleden, was er geen plaats voor T lijk.
Ik liet achter het huis een lijkhuisje bouwen.
Vóór opzij van T gebouw een prieel, waar de
geheele zomer druk gebruik van wordt
gemaakt om in te zitten.Voorheen was naast
de boerenschuur een omrasterd stuk 20 meter
in het vierkant in de hoek van de voortuin,
hetgeen een opslagplaats was van keisteenen.
Alle straten waren met grote keisteenen
belegd en het was Burgemeester jr. Strick
van Linschoten die straat voor straat liet
opbreken en verwisselen voor platte klinkers.
Die keisteenen kwamen alle in het
beschreven hok en werden daar tot gruis
geklopt om dienst te doen voor de wegen.
Dat hok was mij voortdurend een doorn in
het oog en gelukte het mij eindelijk bij de
nieuwe burgemeester Buysing Damsté dat
bedoelde steenklopperij naar een ander-
terrein werd overgebracht.
De tuin werd dus zoo veel grooter recht
tegen naar de voordeur hebben wij een pad
aangelegen en was aan den straat een